zondag 21 november 2010

Geestelijk Fit! (1. Toets!) 2 Cor. 13, 5-10

Overweldigend
Een tijd geleden liepen we in het Rijksmuseum rond.
Het mooie van dit museum is dat je er een hoop heel bekende Nederlandse schilderijen kunt zien. En het leuke: je hoeft geen kenner te zijn om ze toch te herkennen.
‘Het straatje van Vermeer’, zijn ‘Melkmeisje’ en de ‘Nachtwacht’ van Rembrand, ze hangen er allemaal! Maar het zijn er zoveel, dat je er –na een tijdje- moe van wordt. Zaal na zaal bekende en minder bekende kunstwerken uit de Gouden Eeuw. Op een gegeven moment kun je het niet meer verwerken, zoveel indrukken. Je neemt het niet meer allemaal in je op
En eenmaal thuis, kun je het ook niet meer goed navertellen.
Want je weet eenvoudig niet waar je beginnen moet. Het is je teveel geworden! Overweldigend

Zo overweldigend kan het evangelie ook zijn.
Wanneer je jezelf erin verdiept krijg je zoveel te zien, dat je het soms ook niet meer kunt verwerken. Na een tijdje ben je er gewoon moe van.
Neem nou alleen eens de oproepen in onze prekenserie over ‘een missionaire gemeente’, de laatste weken:
Kijk eens naar de eerste christelijke gemeente, Sta op en schitter, het zou om God moeten draaien! Wat is ons missionair peil? en dan weer: God wil je moed geven, weet je dat? De indrukken buitelen over elkaar heen. Maar je krijgt het allemaal niet meer goed scherp. Hoe moet je er nu mee verder?
Wat blijft is – het ongerust makende- gevoel dat je er iets mee moet.
Maar wat? Dat weet je zo net nog niet!
Hoe reageer je dan? Je zou moedeloos de schouders op kunnen halen en het er maar bij laten zitten.

Maar, beste broer, beste zus, je blijft toch ook niet weg uit het Rijksmuseum omdat er zoveel hangt! Als je er werkelijk belangstelling voor hebt, ga je later nog eens terug. En dan neem je tijd om ze nog eens weer rustig te bekijken. Niet alles tegelijk, je concentreert je op een paar zalen bijvoorbeeld. Zo kun je het beter verwerken. En de tweede keer is het ook al weer anders.
En misschien ga je later nog wel weer eens terug, om weer andere schilderijen te bekijken (jongens en meiden ieder kan voor zichzelf weer andere voorbeelden invullen: een game beheers je ook niet in één keer…; een sport vereist veel training)

Natuurlijk kan het evangelie ons in zijn volle kracht en schoonheid volkomen overweldigen. Onze Heer is zoveel met ons van plan, dat we ons dit soms niet meer goed voor kunnen stellen! Het is teveel! Maar, laten we het daarom maar links liggen? Nee toch! Als je je Heer liefhebt en vertrouwt, maar door zijn plannen overweldigd bent, dan ga je ze toch nog eens overdenken. Ja toch…
Als je van je Heer houdt en zijn evangelie serieus neemt, wel! Dan neem je de tijd ervoor.

Als we doodmoe worden van het plannen van onze Heer, moeten we misschien zelfs ook nog iets anders doen. Behalve dat je de tijd ervoor neemt, onszelf de vraag stellen: ‘zijn wij er eigenlijk wel aan toe?
We hebben ons de afgelopen maanden vergaapt aan de vérgezichten van het evangelie, indrukwekkend maar wel overweldigend. Misschien is het de komende weken ook goed om onszelf eens onder de loep te nemen. Zijn wij geestelijk eigenlijk wel fit genoeg om met dit prachtige evangelie om te kunnen gaan? Naast de bespreking van het thema, zetten we vandaag onszelf ook voor de spiegel. Kunnen we er wel mee omgaan?

Wat ons thema betreft staan we op de grens van twee series: die met de vergezichten over missionair gemeente-zijn en die over onze eigen geestelijke fitheid. Dat is een hoopvolle zaak, vandaar de kleuren van de regenboog! 

Zelfonderzoek? 
Ja maar zijn we hier nog op bijbels terrein? Of lopen we nu de praktijk van de psychologen binnen? Nou, zelfonderzoek is niet alleen het terrein van psychologen. Het is voluit bijbels.

Neem nou het gedeelte uit de brief van Jakobus dat we zonet gelezen hebben. Hij zet zijn lezers woordelijk voor de spiegel en zegt er bij ‘Spiegel jezelf in de volmaakte wet, die vrijheid brengt.’ Dat is m.a.w.: ga steeds bij je zelf na of je God met alle macht lief hebt en je naaste als jezelf.’
Het is onder Gods volk heel gewoon om je zelf te onderzoeken op je vorderingen in je leven als christen (dat is leven met Christus, maar daar kom ik later op terug). Het is juist heel ongebruikelijk als je dit niet zou doen. Dat heeft te maken – zo begrijpen we van Jakobus, met de aard van het Woord (23) 23 Want wie de boodschap hoort maar er niets mee doet, is net als iemand die het gezicht waarmee hij is geboren in de spiegel bekijkt: 24 Hij ziet zichzelf, maar zodra hij wegloopt is hij vergeten hoe hij eruitzag. (Jak 1:23-24)
Als je ‘s morgen voor de spiegel gaat staan, en daarin ziet dat je haar alle kanten op recht omhoog staat na een diepe nacht slaap, vinden wij het toch ook gek dat je niets aan je haar doet voordat je naar je werk gaat. Je bestudeert jezelf nauwkeurig, maar je doet niets met de informatie die je van jezelf krijgt.
Want zo staat het er bij Jakobus: dat bekijken van je eigen gezicht is het nauwkeurig bestuderen van je eigen gezicht. Dat je al goed kende, Dat maakt het daarna vergeten ervan nog onbegrijpelijker!
Waarom luister je naar het woord van God als je er niet mee wilt leven?

Broers en zussen, Jakobus en hij niet alleen, herinnert ons er aan dat het Woord van onze Heer niet alleen het beschrijven van een mening is. En dat geloven niet alleen een zaak van ‘overtuigd zijn van de waarheid’ is. Zo zou geloven iets kunnen worden als het hebben van een mening. Dan zou je een christen vooral herkennen aan haar overtuiging. ‘Die denken zo…’, hoor je anderen dan zeggen.

Het Woord van onze Heer is méér: het is levenswijsheid .Letterlijk! Het wijst je de richting in je alledaagse leven. Het is óók bedoeld om te doen! Geloven is dus niet alleen overtuigd zijn in je hoofd en hart maar ook overtuigd zijn in je levensstijl. Wie Christus heeft leren kennen, verandert langzaam maar zeker in een ander mens. Het is dus niet meer dan normaal dat je regelmatig voor jezelf nagaat in hoeverre je leven al veranderd is.

Toets!
Ook in de brieven van Paulus, worden de lezers opgeroepen om bij zichzelf na te gaan: past jullie levensstijl bij Jezus Christus. Vaak heel concreet en heel precies. Waarschijnlijk n.a.v. van wat Paulus van de gemeente weet.
Ook in 2 Cor 13
Paulus en Titus worden door gemeenteleden van de kerk van Korinthe bekritiseerd. Sommigen vertrouwen Paulus niet meer omdat Hij niet op bezoek is gekomen, zoals de bedoeling was. Sommigen beschuldigen hem van bedrog (1.23; 12,16). Ze zijn verder ook kritisch over Paulus. In vergelijking met andere sprekers vinden ze hem ontzettend tegenvallen. Dat heeft – zo begrijpen we van Paulus- vooral met zijn stijl te maken. Paulus geeft ook toe dat hij niet zo’n boeiende spreker is, maar vraagt zijn luisteraars vooral ook op de inhoud te letten. Hij mag dan zwak zijn, door Gods kracht is hij toch sterk en wat hij zegt ook! (13,4). Hij is door Gods kracht gaan leven zoals zijn Heer Jezus Christus leefde.

En dan zet Paulus die kritische gemeenteleden uit Korinte ook voor de spiegel!
Jullie die zo kritisch zijn, hoe is het eigenlijk met jullie leven? Is dat zoals dat van Christus?
Het is belangrijk om hier goed te lezen! Wij leven in een tijd waarin zelfreflectie heel belangrijk is. Nadenken over jezelf, een beeld krijgen van jezelf, weten wat je echte bedoeling is. Doelen stellen. De afgelopen jaren zijn we daar zo druk mee geweest, dat sommigen er kopschuw van geworden zijn. Je hoort hun zeggen: ‘al dat genavelstaar!, ik heb wel wat beters te doen'. Als christen denk je daar misschien achteraan: ik weet nu wel dat ik slecht ben. Moet ik daar me zelf daar steeds opnieuw van overtuigen? Daar wordt je toch hopeloos van?

Maar Paulus schrijft hier niet: toets jezelf! Maar toets je zelf, beproef jezelf, of Jezus Christus in jullie is. (5). Paulus zet je niet voor de spiegel om je hopeloze zelf te zien. Nee hij vraagt: toets jezelf op de aanwezigheid van je Heer Jezus Christus in je. Dat is heel wat anders. Hij vraagt te letten op de Hoop die in je leeft…
Beste broer, beste zus, kun je van jezelf zeggen dat de Heer Jezus Christus in je leeft? Dat zijn leven het jouwe steeds meer gaat stempelen? Begin je al op hem te lijken? En hoe ver ben je inmiddels gevorderd?

Paulus durfde dat wel van zichzelf te zeggen.
Oh oh denken we dan, daar heb je het al. Nóg een reden waarom wij zo’n hekel hebben aan zelfonderzoek. We worden niet alleen hopeloos van onszelf, maar ook van anderen! Als je dat samen met anderen doet, zoals vanmorgen. En je praat daar met elkaar over. Dan denk je al snel, wacht maar af, zo meteen gaan we elkaar de maat nemen. Zul je zien, zit je met elkaar in de kring en dan hoor je broers en zussen over hun geloof spreken en je voelt jezelf wegsmelten. O nee, daar kan ik niet aan tippen.
De gemeenteleden uit Korinte zouden dat ook van Paulus kunnen vinden. Maar Paulus maakt heel duidelijk dat hij hen de maat niet wil nemen, maar verder op de weg helpen achter Jezus Christus aan.

Tegelijk daarmee brengt hij nog iets naar voren. Toets jezelf op het doel dat je Heer met je heeft. Hij wil je van het kwade naar het goede brengen (7). Hij wil je in een beter leven brengen. Hij wil je sterk maken door Gods kracht.
In Paulus’ woorden klinkt een geweldige belofte door. We bidden dat u zich zult beteren (9) betekent: we bidden dat jullie compleet en rijp mogen worden. God wil jullie door zijn Zoon sterk en heel maken! Sta je er open voor? Want dat is wat je gevraagd wordt. Wil je dat van Hem ontvangen? Je hoeft jezelf niet te bouwen, er wordt je alleen gevraagd om er voor open te stellen dat je Heer Jezus Christus je leven bouwt. (Als je nat wilt worden moet je in de regen gaan staan, daar zijn waar Christus is)

Broers en zussen, als je naar jezelf kijkt, voel je vaak alleen maar kleiner worden.
O, er is zoveel tekort. Dat weet je maar al te goed. Maar als je jezelf toetst op de aanwezigheid van de Heer Jezus Christus in je leven, op het werk dat Hij in je leven doet. Dan kun je opgelucht ademhalen. Want Hij heeft een geweldig bouwplan, (regenboog = hoopvol) dat Hij Zelf gaat uitvoeren in jouw leven. In onze levens. Wil je dat van je Heer ontvangen? 


Laten we onszelf vanmorgen op die manier toetsen , laten we op zoek gaan naar Christus in onszelf! Komen we met Hem al dichter bij het goede? Zien we het groeien? Bewegen vol Hoop in de richting van een rijk en compleet leven?
Da’s net zo leuk, als naar de bouw van je nieuwe huis gaan kijken! Steeds meer kunnen ontdekken van het geweldige bouwplan van je geestelijke huis!
Daar wordt je wel eens onrustig van (alles blijft in beweging), maar dat is heilige onrust
En heilige onrust brengt je samen met je Heer naar een beter leven
En daar kun je blij mee zijn, toch…

Amen

vrijdag 12 november 2010

Gesprek op zondag 21 november a.s.

Serie 1 over ons jaarthema 'een missionaire gemeente'  is rond. Afgelopen zondag zochten we samen naar bemoediging voor ons -missionaire- gemeenteleven. Er ligt een hele voorraad moed voor ons klaar bij onze God, schrijft Paulus ons. Ook begrijpen we dat het werkelijk Gods bedoeling is ons de motivatie en de energie voor zo'n gemeenteleven ook werkelijk te geven. Een mooie belofte!


Maar ondanks zo'n geweldige belofte, blijven we stressgevoelige mensen. Beleven we de mogelijkheden die we van onze God krijgen niet al snel als 'weer iets wat we moeten'? Als dat zo aanvoelt, is het al snel te veel. De belofte verandert in een verplichting. En die plicht - een schitterend leven als burgers van het Koninkrijk van God-  komt ons eigenlijk onmogelijk voor. Op zich van goede wil, hebben we de moed en de energie er eenvoudig niet voor. We hebben nog geen idee hoe wij in het bezit komen van wat onze Here ons belooft: motivatie en energie. Of met andere woorden: we voelen ons niet fit genoeg voor zo'n opvallend leven. De vraag is dus: 'Hoe wordt je geestelijk fit? En dat is de titel van de tweede serie preken die ds. Henk van der Velde en ik in het kader van ons jaarthema hopen te houden. Van het geloofsleven van de gemeente komen we nu meer te spreken over ons persoonlijke geloofsleven. Want, we weten het maar al te goed: één goede service maakt je nog geen goede tennisser, daarvoor moet je ER steeds goede kunnen geven. Zo maakt zo nu en dan een goede daad ons nog geen opvallende christenen. We vallen als christenen pas op als we deze goede levensstijl langere tijd kunnen volhouden onder heel uiteenlopende omstandigheden! En dat is topsport, inderdaad! We hebben hebben nog heel wat om over door te praten.
Daarom is er op zondag 21 november de gelegenheid om met elkaar bij te praten over de eerste serie.  Een goede gelegenheid om eens te luisteren naar de indruk die jullie van de eerste serie hebben gekregen en door te praten over onze mogelijkheden én moeilijkheden. Voor collega Van der Velde en mij ook dé gelegenheid om te kunnen horen welke vragen er leven.
Op die zondag hopen we dan ook velen van jullie te horen en te spreken.
Hieronder alvast een korte, schematische, terugblik als voorbereiding op het gesprek.

NB Alle preken zijn op deze site na te lezen!

zondag 7 november 2010

Missionair 5: Waar halen we de Missionaire Moed vandaan? Fil. 2, 12-18

Vraag voor de kinderen in de kerk: In het bijbelgedeelte vergelijk de schrijver Paulus gelovigen met iets?
Met wat? Kun je uitleggen waarom?

Nog lang niet thuis!
“Maar we zijn hier al éérder geweest?”, zegt Frodo en er klinkt paniek in zijn stem. Wie het verhaal kent, weet dat het hier gaat om Frodo uit de “In de ban van de Ring’, die na dagen rondwalen in het onherbergzame, rotsige, berggebed van de Emyn Muil ontdekt dat ze weer op het beginpunt zijn aangekomen. Alle inspanning was te vergeefs. In het verhaal is dit een dieptepunt, als toeschouwer vraag je je af hoe Frodo en Sam ooit op de plaats van bestemming zullen komen, als al hun inspanning hun nog helemaal nergens gebracht heeft. Je proeft de wanhoop.

Vandaag is het project 'Feest van Genade' gepresenteerd. 40 dagen lang samen terug naar het fundament van ons geloof. Mensen uit andere gemeenten die dit hebben ervaren zijn er heel enthousiast over, horen we ze zeggen. Mensen die er nu nauw bij betrokken zijn geraakt, worden steeds enthousiaster, zien we. Maar ik kan me ook goed voorstellen dat je vanaf een wat grotere afstand toch de vermoeidheid in je kuiten voelt. Veertig dagen lang zo'n project, is dat nou nodig en ook: hoe houden we dat ooit vol?

Je zou kunnen zeggen: dit project staat model voor ons hele gemeenteleven. Als je dacht met elkaar al een heel eind gevorderd te zijn, kom je er de laatste maanden achter dat er nog heel wat méér van ons verwacht wordt. Hoe helderder wordt wat de Heer eigenlijk van ons wil, hoe meer je jezelf af gaat vragen: maar kunnen wij dit dan allemaal opbrengen? Waar halen we de moed vandaan? Het lijkt wel alsof we nog helemaal aan het begin van onze geloofsreis staan! En dat terwijl je misschien dacht al een heel eind onderweg te zijn, net zoals Frodo. En als je dan weet wat voor mensen we zijn. Ons geloof is fragiel, ons leven bij tijden een warboel, we schieten aan alle kanten tekort. En we zijn ons dat zeer bewust! We voelen ons tegenover God meer drenkelingen dan bewuste burgers van het Koninkrijk van God. En zit je hier voor je gevoel ook niet vaak zo op de stoelen? Bang en bibberend, op zoek naar verlossing. Mijn genade is u genoeg…, krijgt Paulus te horen en wij herkennen ons maar al te goed in.
1. Het doel is nog niet bereikt!
Meerderen onder ons voelen zich vaak niet meer dan drenkelingen (nog maar net geredde mensen) voelen. Maar dat beeld van onszelf klopt niet met het beeld dat we in de Bijbel krijgen. Dat moeten we ons goed realiseren. Zeker hier op de Veluwe, omdat hier veel christenen wonen die drenkeling het hoogst haalbare vinden. Realiseer je dat Paulus niet zo zuinig is.
De kerk van Filippi was de eerste op het Europese vasteland (Kom over en help ons). Maar Paulus ziet ze beslist niet als armzalige drenkelingenclub. Ik dank mijn God altijd wanneer ik aan u denk, (Phi 1:3 NBV), laat hij hen weten. Waarom? Omdat u vanaf de eerste dag tot nu toe hebt bijgedragen aan de verspreiding van het evangelie. (Phi 1:5 NBV) Niks armzalige drenkelingen! Die kerk van Fillippi was vanaf de eerste dag af aan met Paulus mee gaan werken. Missionair tot op het bot vanaf dag 1!
Ze hadden alle reden om blij te zijn, Want ls Paulus zoiets over je zegt! Nou! Ze ontplooien een indrukwekkende activiteit, maar nu moet je niet denken dat ze er al zijn: het werk is nog niet af: Ik ben ervan overtuigd dat hij die dit goede werk bij u begonnen is, het ook zal voltooien op de dag van Christus Jezus. (Phi 1:6 NBV) Het is nog maar net begonnen en nog lang niet af.

In het gedeelte dat wij gelezen hebben, even verderop in de brief, sluit Paulus bij deze gedachte aan:
Blijf u inspannen voor uw redding (Phi 2:12 NBV). Een beetje onthutsende boodschap: je bent nog niet gered. Daar moet nog heel wat inspanning voor verzet worden. Inspanning? Nou letterlijk staat er zelfs dat je bang en bibberend aan je redding moet werken. Nou dat doet je wel denken aan dat beeld van die drenkeling. Je raakt ervan in de war, we zijn toch verlost en dan hier toch weer niet? Hoe zit dat dan? Zijn we nou verlost?

Ja en nee. Om een misverstand te voorkomen. Je hoeft je verlossing niet zelf te verdienen, die indruk zou je hier kunnen krijgen. Dat heeft Christus voor je gedaan. Paulus roept je hier niet bij je gereformeerde wortels vandaan. Je redding is genade van God door Jezus Christus, zoals de reformatoren dat ook begrepen. Maar hij verlost ons hier wel van een soms verkeerd begrepen gereformeerde bescheidenheid. We hoeven ons niet in te spannen om onze redding te verdienen, onze verlossing komt van God. Maar deze redding doet nu wel een beroep op als onze kracht: de Heer wil dat wij de Vader liefhebben met heel ons hart, ziel, verstand en al onze kracht.
Of zoals ds. Henk van der Velde vorige week zei: God houdt van je zoals je bent, maar Hij houdt teveel van je om je zo te laten” Het is de bedoeling dat wij andere mensen worden.
Broers en zussen, het doel van onze verlossing is nog lang niet bereikt. Gods verlossing is nog lang niet af. Onze redding houd veel meer in dan verlossing van zonde, de Heer wil met ons op reis in een heel nieuw leven. En Hij vraagt dat wij ons onderweg tot het uiterste inspannen om ons aandeel in dat nieuwe leven te leveren.
Onze verlossing is geen punt in de tijd maar een proces. Anders gezegd: het is geen streep waar je in geloof in Jezus Christus overheen stapt, een soort finishlijn, maar een weg die je inslaat in vertrouwen achter je Heer Jezus Christus aan. Het doel is nog lang niet bereikt…. 

2. Wat is het doel? 
Maar wanneer is het doel van onze redding dan wel bereikt?
Je krijgt de indruk dat je geloofsleven zo gaat lijken op een computergame. Steeds als je denkt je doel bereikt te hebben, sta je weer helemaal aan het begin van een the next level –een nieuw spelniveau- En daarna komt weer een next level en daarna weer één. Steeds hoger. Maar waar houdt dit nou eens op?
Wanneer is je verlossing dan wel af?
Nou daar schrijft Paulus over: jullie moeten schitteren als sterren.
Dat begrijpen we wel! Het indrukwekkende gezicht van een sterrenlucht in een heldere nacht. En net als Paulus gebruiken we ‘ster’ ook als een beeld voor opvallend mensen. In onze tijd hebben we ze ook: de sterren van de showbusiness! Alleen het zegt iets over ons wereldbeeld, wat wij tegenwoordig als ‘sterren’ beschouwen. Het zijn bijna altijd mooie mensen, niet zelden heel rijk en ergens heel bekend om. Altijd in beeld, altijd in het nieuws, altijd in de belangstelling. We weten alles van ze! En waar gaat het dan over: ontrouw, onenigheid, misbruik, buitenissige uitspattingen. Als je de bladen en de sites mag geloven, springen onze sterren er vooral daarin uit. In hun extravagante levensstijl. Zien we ze als de verpersoonlijking van onze verboden verlangens? Zien we zo als onze voorbeelden. Zij doen wat wij ons niet veroorloven kunnen maar eigenlijk wel zouden willen.

Paulus roept ons, gelovigen, ook op om sterren te zijn. Op te vallen zoals de sterren die wij kennen. Er uit te springen zoals zij dat doen, maar niet op de manier waarop zij het doen. Het gaat niet om onze schoonheid, en om ons gevoel voor grensoverschrijdend gedrag. Om zo het gesprek van de dag te blijven. Het gaat er voor ons juist om dat we opvallen doordat we zuiver en smetteloos zijn. Van buiten en van binnen. D.w.z. op ons gedrag is niets aan te merken en van binnen straalt puurheid naar buiten. Onbesproken en puur, voor de meeste roddelbladen is dat dodelijk saai. Maar in het Koninkrijk van God is het juist de bedoeling. Een kostbaar doel, waarvoor Jezus zijn leven heeft gegeven. Dat was ooit de bedoeling, daaraan heeft deze wereld behoefte en naar dat doel streven we: de vrede van het Koninkrijk van God
Dat botst frontaal met de bedoelingen van veel mensen in deze wereld.
Hier staan twee wereldbeelden scherp tegenover elkaar! Realiseer je dat!

Wij, worden geacht, op te vallen in dit ‘anders zijn’ dan ‘zij’. Als gelovige die de Heer volgt, loop je uit de maat t.o.v. omgeving. Opvallend anders.
Niet om anders te zijn, maar om te zijn zoals je God je bedoelde: goed!
Een gelovige ster zijn, da’s moeilijk. Je weet dat velen het niet zullen begrijpen.
En precies dat vraagt je Heer van je. Hij wijst ons aan om op deze manier zijn Koninkrijk te presenteren. Hij laat dat aan ons over: dat is een grote eer en tegelijk enorm schrikken.

Het is alsof ons gevraagd wordt om constant op één been te staan. Dat is vermoeiend. Doorgaans zijn wij niet zo lenig dat we op één been in evenwicht zijn. Pas op twee benen vinden wij rust. Zo proberen wij dat ook in ons geloofsleven: we proberen vaak geestelijk in evenwicht te komen, zeg maar met het ene geestelijk been in de wereld en het andere geestelijke been in Gods Koninkrijk. Zo blijft het voor ons wat in evenwicht. Maar de Heer Jezus vraagt ons juist het verschil te maken. Geen compromis maar voluit te gaan voor het Koninkrijk. Geen evenwichtsconstructies, maar schitterend opvallend in het goede. Dat is de bedoeling van onze verlossing en dat kost veel kracht.

Dat lukt ons vaak niet! Hoe zichtbaar is ons geloof nog als wij aan het werk zijn? Vaak zijn het twee werelden, waarin we ons soms heel verschillend gedragen. Reden voor de werkgroep ‘Christen-zijn op je werk’ , om vandaag 7 november tot landelijke themazondag uit te roepen. Doel van dit initiatief is er over na te denken over hoe je wel heel bewust christen op je werk kunt zijn. Er zijn deze maand op verschillende plaatsen in ons land ontmoetingsavonden en er is ook een website met daarop op veel informatie
Christen zijn op je wer
Het is een voorbeeld van het thema waar wij ons op bezinnen: hoe kun je –op je werk en daarbuiten- er uit springen als gelovig christen. Stralen als een ster!
Maar wáár halen wij de moed vandaan voor zo’n opvallende levensstijl? 

3. Bron voor moed en kracht onderweg
Paulus schrijft daar nog meer over. We moeten ons inspannen voor onze redding. Maar hoe dan? Paulus vult dit in: ‘Wees gehoorzaam…’ (12). Uit het woord dat hij gebruikt en het voorgaande begrijp je dat het gaat om gehoorzaam te zijn aan wat God wil. Mooier aan de wil van onze Vader (zoals wij bidden).
Maar hoe blijven wij dan gemotiveerd om dat te doen? Want als wij er proberen uit te springen in ons christen-zijn, voelen we ons vaak de muis tegenover de olifant. Zo klein en zo in de minderheid. Antwoord: door ons diepe ontzag voor Vader, voor wat Hij voor ons doet door zijn Zoon: ons redden! Ons op de weg naar het nieuwe leven te zetten. Bang en bibberend aan onze verlossing werken, zei ik zo straks. Dat is niet uit angst voor onze Vader, maar ontzag voor Hem. Je bent diep onder de indruk van zijn goedheid en genade voor ons. Ik denk dat wij ons nog veel meer op Hem moeten concentreren, denken jullie niet.
Ja dat onze Vader en zijn Zoon ons verlossen van ons kwade verleden ons op het spoor zetten van een nieuw leven, willen we wel geloven. Maar de vraag blijft waar halen we de moed en de kracht vandaan om deze nieuwe levensweg nu ook te bewandelen? Er uit te springen als geloofssterren. Niet in evenwicht te zijn met de anderen.
Dan schrijft Paulus deze bemoedigende woorden. Jullie hoeven dat nieuwe leven niet uit eigen kracht te leiden, Vader wil óók dát aan je geven. Want het is God die zowel het willen als het handelen bij u teweegbrengt, omdat het hem behaagt (Phi 2:13 NBV). Wat een bemoediging: onze Vader geeft ons zowel de motivatie (het willen) als het vermogen om het te doen (het werken) Want Hij wil dat wij geloofssterren zijn en Hij zal daar ook voor zorgen. Maar Hij wordt zijn schepping niet ontrouw. Hij schakelt onze verantwoordelijkheid niet uit, zodat het vanzelf wel gebeurt, Hij schakelt die juist in.

Maar hoe werkt dit dan, hoe ontvang je dan wat God wil geven? Broers en zussen, door het te doen! Door Hem te geloven, te vertrouwen en dat te doen wat bij je geloof past. Als je geloof toont door zelf onderweg te gaan, zorgt Hij voor de rest!
God vraagt het je niet alleen, Hij wil je het ook geven! Wil het echt van Hem ontvangen? Hij geeft je pas als je het nodig hebt. Sommigen hebben hier ervaren de Heer je wil geven als je echt met Hem onderweg gaat.

Denk aan Petrus hij moest het vertrouwen hebben uit de boot te stappen en ontdekte toen hij dat dééd, dat zijn Heer te vertrouwen is. Broers en zussen dus moeten wij meer naar onze God en Vader kijken dan naar omstandigheden. Meer op de Heer letten dan op de golven. Dan ontdek je pas hoeveel je geloof (je vertrouwen) waard is. Hij geeft je steeds meer motivatie, steeds meer vermogen. Gods genade is niet dat Hij je gedoogt, Gods genade is dat Hij je levend maakt zoals je nog nooit levend geweest bent: stralend. Besef wel: Gods genade is een feest! Een feest dan een feest wordt als je het gaat vieren!
Laten we de komende maanden samen opnieuw ontdekken hoe rijk we zijn…

Want daar is toch alle reden voor?
Amen 

vrijdag 5 november 2010

Missionair 5: Waar halen we de Missionaire Moed vandaan? Fil. 2, 12-18

Komende zondag wordt het project 'Feest van Genade' gepresenteerd. 40 dagen lang samen terug naar het fundament van ons geloven. Andere mensen die het mee hebben gemaakt zijn er heel enthousiast over. Mensen die er nu nauw bij betrokken zijn, worden steeds enthousiaster. Maar van een wat grotere afstand voel je toch de vermoeidheid in je kuiten omhoog komen. Veertig dagen lang zo'n project, hoe houden we dat vol?
Je zou kunnen zeggen dat dit project model staat voor ons hele missionaire activiteit. Hoe helderder wordt wat de Heer van ons verwacht, hoe meer je jezelf af gaat vragen: maar kunnen wij dit dan allemaal?
Missionair gemeente-zijn is een grote verantwoordelijkheid. Wij vertegenwoordigen het Koninkrijk van God in onze wereld. Hoe brengen we dit op? We hebben toch zelf ook allereerst redding nodig?
Deze zondag staat de vraag naar onze missionaire moed centraal.


Mededelingen - Presentatie feest van genade (15 minuten)

1. Luisteren/zingen: Opw 705 Toon mijn liefde (door een gelegenheidscombo)
2. Stil gebed, Votum, Zegengroet
3. Zingen: Ps. 117 (Gods gunst en goedertierenheid is groot en wijd over ons)
4. Gebed
Kinderen naar de bijbelklas
5. Aansporing en bemoediging: Dubbelgebod + Joh 16,26
5. Zingen: Gez. 78,1 en 2
8. Lezen Fil 2,12-18
10. Preek
Bezinningsmoment overgaand in:
11. Zingen: B 121, 1-4 Heer U bent mijn leven
12. Gebed
13. Collecte
Kinderen weer terug in de dienst/Kindermoment!
14. Zingen: Gez. 477 Geest van hierboven
15. Zegen