donderdag 23 december 2010

Kraamtijd


Zijn het niet heel wonderlijke verhalen die er rondom de geboorte van onze Heer Jezus verteld zijn?
Heb je niet veel uit te leggen als je daar nog in gelooft? Wat zegt het eigenlijk over onze Heer en wat betekent het voor ons? Nou, het is 'kraamtijd' zowel van onze Verlosser, als van ons geloof. Wat dit inhoud, kun je op 1e en 2e Kerstdag horen.

Luk 2, 8-14 – preek – 25-12-2010 
Kraamtijd (1) – de geboorte van een Redder
Legende?
In de nacht dat hij wordt geboren verschijnt er een nieuwe ster aan de hemel.
Hoewel hij ver van de hoofdstad van het rijk is geboren, merken de inwoners van de hoofdstad er juist alles van. Op de morgen na zijn geboorte verschijnt er een dubbele regenboog boven de stad. En voor de kust duikt een zeemonster op dat begint te zingen. Uit het hele land komen berichten dat midden in deze strenge winter overal bloemen beginnen te bloeien. ||

Nee, dit is niet het geboorteverhaal van de Heer Jezus, maar dat van de grote leider van Noord-Korea: Kim-Jong-il. Zijn geboorte is daar een legendarisch verhaal, zoals er over zijn verdere hele leven legendes vertelt worden.
Op zijn verjaardag –zegt men- verscheen er ooit een zevenkleurige ring rond de zon, precies boven de berg waar hij geboren werd. Hoe sterker het verhaal, hoe ongeloofwaardiger het in onze oren wordt: tijdens zijn studie schreef hij 1500 boeken (dat is één boek per dag). Hij is een briljant ruiter, piloot en scherpschutter. Uiterst getalenteerd in alle takken van sport: tijdens zijn eerste rondje golf sloeg hij ooit 11 hole in ones (normaal gesproken is onder topgolfers zelfs één al uiterst zeldzaam). Hij heeft in een periode van twee jaar zes opera’s geschreven die beter zijn dat alles wat de mensheid ooit gecreëerd heeft. Nou dan haak je helemaal af!
Geloven ze dat dan in Noord Korea dan wèl? Dat weten we niet echt. Niemand durft hardop te zeggen dat hij het niet gelooft. Dat zou je zeker jaren gevangenkamp, ja misschien zelfs je leven kunnen kosten.
Duidelijk is dat deze verhalen verteld worden om de positie van de grote leider onaantastbaar te maken bij zijn onderdanen.

Geboortelegende?
Is dat nou ook zo bij onze Heer Jezus? De ster, de engelen, de magiërs en de herders? Moet dit bijzondere geboorteverhaal de claim onderstrepen: ‘Jezus is ‘Redder en Heer’? Maar maakt dit het op deze manier nou juist niet net ongeloofwaardig? Net zoals al de legende rondom Kim-Jong Il ongeloofwaardig klinken.
Ik ben bang dat veel van onze landgenoten het wel zo zien.” ’t Is een mythe”kon je de schrijfster Franca Treur horen zeggen. Bijzondere verhaal, zoals sprookjes, leuk voor bij de kerstboom, maar natuurlijk niet echt gebeurd.
Want zulke dingen gebeuren niet. Een maagd die zwanger wordt?! 't Zou wat...
Durf je het Kerstverhaal voor waar te houden voor je collega’s? Tussen je niet gelovige vrienden? In een wereld zoals die van ons wordt het al snel vergeleken met de legende’s over Kim-Jong-il. Cabaretiers kunnen het niet laten om er zo nu en dan zwaar ironische grappen over te maken. Loop jij er uit als ze dat doen? Of zet je de TV uit?

Toch zijn er tussen de geboortelegende van Kim-Jong- il en de geboortegeschiedenis van de Heer Jezus een aantal opmerkelijke verschillen.
Je kunt ze niet zomaar op één hoop vegen al lijken ze op het eerste gezicht op elkaar.

Verschillen (1) De Heer Jezus wil de macht niet houden
De legende’s rondom de geboorte van Kim-Jong-il werden verteld op een moment dat zijn vader, Kim Il Sung, de absolute macht had. Ze moesten er aan meewerken dat zijn opvolger Kim-Jong Il ook stevig in het zadel kwam te zitten. Ze moesten helpen om de macht in de familie te houden. En dat lijkt gelukt te zijn.

De geboortegeschiedenis van de Heer Jezus wordt verteld op een moment dat niemand Hem kent als Redder van de wereld. En ook zijn ouders hebben geen enkele macht, integendeel. En de Heer Jezus zou door deze geschiedenis de macht ook niet krijgen.
De engelen verschijnen namelijk niet in de hoofdstad, Jeruzalem, maar ergens in het verlaten gebied rondom Bethlehem. De engelen tonen zich ook niet aan de machthebbers van die tijd, maar aan herders. Nou wie gelooft nou herders. Die staan niet in hoog aanzien, ’t zijn simpele mensen. Zijn misschien wel een beetje bijgelovig. En als je dan ’s nachts in het donker buiten bij de kudde bent? Logisch dat ze zulke vreemde verhalen vertellen.

Dat kind, Redder van zijn volk, Koning? Hahahaha… Herodus is koning! Nou ja, tenminste een soort koning. De echte koning woonde natuurlijk in Rome: Keizer Augustus. Maar Herodus had al genoeg macht om alles jongetjes in Bethlehem te laten vermoorden.
Maar de echte machthebber is natuurlijk die keizer. En wat voor een keizer. Héél populair bij zijn eigen volk. Hij had van hen de bijnaam Augustus: de verhevene, gekregen. En ze hadden zijn geboortemaand naar hem genoemd. En die heet zo tot op de dag van vandaag. Dat was ook omdat hij zo geliefd was. Want onder zijn regering, had het grote Romeinse Rijk tientallen jaren lang vrede. En dat was weer goed voor de welvaart. Ja zijn tijdgenoten noemden hem wel liefkozend: de Redder van de wereld. Wat dat was hij ook. ’t Ging goed met de economie. Zo dacht men in de tijd dat de Heer Jezus geboren werd over Augustus. Baby Jezus Redder van de wereld, is een uiterst ongeloofwaardige boodschap in die tijd. Ze hadden geen redder nodig.

Verschillen (2) Eerst niet bestemd voor het grote publiek
En stel je dan voor dat er een stel herders in Bethlehem aankomen met het bericht dat boodschappers van God (engelen) hun hebben verteld dat de Redder van de wereld, ‘hier in Bethlehem’ geboren is. Nou, als geboortelegende is zo’n verhaal niet veel waard. De mensen zijn verwondert maar geloven het niet, alleen Maria. De Romeinen, die er van hoorden, zullen er om gegrinnikt hebben: ‘redder van de wereld, zo’n kind. ’t Zou wat. ‘We hébben al een redder!

Keizer Augustus heeft tijdens zijn leven nooit ook iets gehoord van die andere Redder die ergens aan de oostgrens van zijn grote rijk geboren is. Nee. Zo’n geboorteverhaal maakte geen enkele indruk in de wereld van toen. Als propagandastunt zou het helemaal mislukt zijn.

Deze boodschap komt eerst helemaal niet over bij het grote publiek. Hij is eigenlijk in code. Die code wordt eerst alleen door ingewijden begrepen. Zo was dat ook in de WOII. Een Radiozender in Engeland, radio Oranje, zond toen berichten uit naar het bezette Nederland. Goed geïnformeerde verzetsmensen konden daaruit opmaken dat de invasie a.s. was.
Dit is net zo’n boodschap in code, ze maar de Messiascode

Vandaag is in de stad van David voor jullie een redder geboren. Hij is de messias, de Heer. (Luk 2:11 NBV). Dit is geen boodschap voor mensen die alleen geloven wat ze zien. Want ‘de stad van David’, dat was toch ooit Jeruzalem? Maar dát was lang geleden! David had al jaren de macht niet meer.
De stad van David is vergane glorie. Neuh, ’t was nu de stad van Herodes (tempel). Nee, deze boodschap komt alleen aan bij mensen die de belofte van de oude profetieën kénnen en daarin geloven. Bijv. de belofte dat er altijd een koning uit het huis van David zou zijn. Niet een gewone gezalfde zoals David en Salomo (j&m koningen werden toen gezalfd) maar ‘dé Gezalfde, (in het Hebreeuws) dé Messias, in het Grieks (dé Christus).
En die trouwe gelovigen in het land Israël wisten dat die Messias in Bethlehem geboren zou worden. Dat had de profeet Micha gezegd (5,1). En Bethlehem was ook de stad van David. Geen machtige stad, maar wel de stad waar de familie van David vandaan kwam. Waar het voor David allemaal begon.
De mensen die de beloften van de Here nog geloofden. Hoorden deze nacht een codebericht van de engel midden in het door de Romeinen bezette gebied. Vertaald betekent dit:
‘God maakt een nieuwe begin met het Koningshuis van David. Opnieuw is er een koning geboren in Bethlehem. Dé Koning, waarop Israël wacht.Eerst zijn het alléén de gelovigen die dit begrijpen en die er blij mee zijn! –de rest is alleen maar verbaasd-Zou het dan echt zover zijn?
Kraamtijd van onze verlossing
Broers en zussen, we denken misschien wel eens, wow als dit soort dingen in onze tijd gebeurd waren, dán zouden mensen het wel geloven. Nou ik denk het niet. De meesten zouden het nog niet begrepen hebben, net als toen.

En zelfs nu begrijpen ze het niet. Er zijn 2000 jaren verlopen, en toch is Jezus nog geen koning! Het mag dan geen propaganda geweest zijn, dat geboorteverhaal. Is de boodschap eigenlijk wel waar? Waar is die bevrijding dan?
Broers en zussen, dit is de kraamtijd van onze verlossing. Niet alleen van de Redder, ook van de redding. Het begint heel klein en heel teer
Ach, in die eerste jaren wisten nog maar heel weinig mensen ervan. Wat herders, een oud priestersechtpaar, een oude profetes (Hanna), misschien wat dorpsgenoten van Jezus. Maar dat verandert snel
Maar dertig jaar later kent iedereen in Israël Jezus. Het is geen heldenverhaal, in de gebruikelijke betekenis van het Woord. Hij laat geen diepe indruk achter door de macht die Hij liet zien, zoals een keizer Augustus, maar heel anders. Hij maakt indruk omdat Hij zijn macht gebruikt om tot het uiterste te gaan om zo zijn volk te redden! Zelfs als kost Hem dat zijn leven. Dat is een anders soort heldhaftigheid die ook indruk maakt

Nee dit is geen geschiedenis van snelle en gemakkelijke roem. Nog steeds niet! Maar van de langzame opkomst van het Koninkrijk van God. Dat heel anders is dan de Koninkrijken van deze wereld, met de glitter en glorie en macht en rijkdom. Militaire parades zoals in Noord Korea

Nee het is zoals in de droom van Nebukadnezar en van Daniël: een kleine steentje in het begin dat pas aan het eind een grote berg is. Dat kleine begin is het Koninkrijk van God maar dat rolt naar zijn grootse einde toe!
Keizer Augustus heeft nooit van Jezus Christus gehoord, het kind dat ergens aan de oostgrens van zijn rijk geboren is, maar binnen een eeuw hadden zijn opvolgers niet alleen van Hem gehoord, maar deden ze zelfs pogingen om zijn volgelingen uit te roeien, en na nog drie eeuwen bekeerde de eerste Romeinse keizer zich tot het christelijke geloof en werd zelf een volgelingen van Jezus. De boodschap van de engel wijst naar het kleine begin in doeken gewikkeld en de rest van het verhaal van Lukas in het evangelie en Handelingen vertelt hoe Hij zijn koninkrijk verder groeit.
En nu zijn er al 2 miljard volgelingen van deze Koning, waarvan velen vandaag samenkomen om zijn geboorte te vieren. Het groeit nog steeds!

Het grote verschil
Het grote verschil met Kim Jong il is, dat al deze twee miljard als vrije mensen kiezen hun Koning Jezus te volgen. En Hem dienen uit liefde. Er is geen dwang nodig om hun te laten geloven. Zij zijn echt overtuigd dat Hij leeft. Dit is de Redder die het verschil maakt! En die hun leven voor goed verandert. Zelf in Noord Korea, geloven duizenden christenen tegen de verdrukking in dat Jezus de echte Koning is. En zij verwachten van Hem werkelijk heil en dienen Hem vrijwillig en vol vreugde.

We denken vandaag niet terug aan de kraamtijd van een legendarisch jongetje, maar aan de kraamtijd van het Koninkrijk van God. Toen het nog heel klein was. En aan de kraamtijd van alle gelovigen, maar daarover morgen meer.
Onze Koning is geboren bij Bethlehem, Hij leeft, zijn Koninkrijk groeit en wordt steeds groter en volwassener. En langzamerhand wordt zichtbaar wat de engel al zei: jullie Redder is geboren!
Geprezen zij onze Koning. Amen

Liturgie 1e Kerstdag 25-12-2010 10.00 u
Zingen voor de dienst:
- Komt allen tezamen (gezang 138)
- Nu zijt wellekome (gezang 145)
- Komt verwondert hier u mensen (gezang 139)

Welkom 
Aansteken van de kaars door Judith Roozenbeek
Zingen stapellied Zingend gezegend 113: 1-5
Zingen: Hoor de englen zingen d’eer. Gez. 135 door het koor van Jetze Baas
Stil gebed, Votum en Groet
Zingen: Eer zij God in onze dagen. Gez. 134
Gebed
Bijbellezing door Ymke Davelaar. Lukas 2 vers 1-20
Zingen: Stille nacht (GZ 143:1) en Donker de nacht (bundel 153)
Zingen: Kinderliedjes :
Luid klokjes klingelingeling
B 213 Jezus zegt dat Hij hier van ons verwacht
B 249 Wereldnieuws
Tekstlezing (tijdens de preek Lukas 2 vers 8-11
Preek
Zingen: Jubel het uit (opw 525)
Gebed 
Collecte (tijdens de collecte zingt het koor van Jetze Baas De Morgenster)
Peutergroep (lopen na de collecte naar binnen en zingen onder begeleiding van piano het lampionnenlied. Op het podium aangekomen zingen zij het een tweede keer)
Bijdrage bijbelklassen ( korte presentatie en samen met de Schatgravers zingen “Vrolijk kerstfeest iedereen”.)
Zegen 
Zingen: Ere zij God

Na de dienst:
Away in a manger
Oh little town of Bethlehem
We wish you a merry Christmas

Joh. 1, 1-18 – preek – 26-12-2010
Kraamtijd (2) – de geboorte van een familie

Afstand?
In 2002 bezochten we in Bayeux, een stad in Normandië, het wandtapijt van Bayeux. Een enorm lang borduurwerk met daarop de slag bij Hasting in 1066. Meters lang een soort stripverhaal met vreemde ME poppetjes uit een andere tijd in een vreemde wereld.

Stel je voor dat je op één van de schilderijen ineens iemand ontdekt die als twee druppelswater op jou lijkt. Je kijkt nog eens en kunt er niet onderuit: alsof ik dat zelf ben. Ik denk dat die hele vreemde Middeleeuwse wereld dan toch een stuk minder vreemd voor je wordt, nu je het gevoel hebt dat jij daar zelf tussen had kunnen staan. Alsof die 900 jaar niet zolang geleden meer lijken. Je beseft: ik had toen ook kunnen leven.
Dat overkomt Dolf in de film ‘Kruistocht in Spijkerbroek’! Hij raakt via de tijdmachine van zijn moeder verdwaald in de tijd. Zijn moeder vindt hem terug als ze hem ziet verschijnen op oude ME- schilderijen.
Het Kerstverhaal is geen geboortelegende, maar de geschiedenis van de kraamtijd van de Redder. Het kleine begin van het grote Koninkrijk van God. Maar het staat wel ver van af ons hè. Dit is nog eens 1000 jaar ouder. 2000 jaar geleden in een andere tijd en een wereld. ’t Zou mooi zijn om jezelf ook eens terug te zien in het verhaal van toen, zoals Dolf in de film.
Nou in Johannes 1 komen wij zelf ook voor: 12 Wie hem wel ontvingen en in zijn naam geloven, heeft hij het voorrecht gegeven om kinderen van God te worden.
Dat ‘Wie’ dat zijn wij! || ‘Wie’ moet je lezen als ‘Wie ook maar…’. Dan staat er dus Iedereen, die Jezus wel accepteert en vertrouwt op zijn reputatie (zijn naam), mogen van Hem kinderen van God worden. Iedereen, dat zijn wij. En wij mogen ons niet alleen kinderen van God noemen. We mogen van Hem kinderen van God worden. Laat dat eens even tot je door dingen||… Wij mogen van de enige Zoon van God, de Heer Jezus Christus, óók kinderen van God worden ||…
De apostel Johannes vindt dit zo belangrijk, dat hij dit al bij de geboorte van de Heer aan ons vertelt. Hij noemt dit ‘kinderen van God’ worden, een geboorte, zoals van dat kind. Mét de Heer Jezus wordt een hele familie, een heel volk geboren!
De manier waarop deze geboorte plaats heeft maakt nog eens duidelijk hoe omvattend dat ‘wie’ is eigenlijk! De tijdgenoten van Johannes werd duidelijk dat je geen Jood hoefde te zijn om bij dit volk te mogen horen. Ons wordt duidelijk dat je niet uit een christelijke familie hoeft te komen. Geloof is niet erfelijk!. Het loopt niet via familiebanden of de juiste kruiwagens. Het is werkelijk: ‘Iedereen die Jezus accepteert, mag kind van God worden zoals Jezus. God is hier op een wonderlijke wijze zelf bij betrokken. Weet dat goed als je hier als gast misschien wat vreemd zit te wezen||. Je bent welkom bij Gods familie… God spreekt de hele wereld aan…
Beste broers en zussen, het Kerstfeest is dus ook het feest van onze bijzondere geboorte als kinderen van God! We horen met huid en haar in het Kerstverhaal thuis.

Méér dan woorden?
Ik kom uit een heel gewone, Groningse, familie. Maar ,dacht ik vroeger, stel je nou eens voor dat we in werkelijkheid van adel zijn. En dat ik straks een adelijke titel erf en een landgoed met een familiekapitaal. Mooie fantasie, maar zolang je daar niets van krijgt, blijven het mooie woorden.
Wat is mijn geboorte als kind van God waard, als ik daar nog niet zoveel van merk?
Je voelt je zo vaak als de voetballer die nooit ontdekt wordt of –als je een meisje bent- de prinses die nooit in haar koninkrijk komt. Een film als The Princess Diaries waarin Mia Thermopolis een echte prinses blijkt te zijn is een sprookje. Een mooie Kerstfilm, net zoals dit verhaal natuurlijk een mooi Kerstverhaal is.

Nou Johannes laat het niet bij de mooie titel: ‘kinderen van God’. Hij beschrijft een belofte. De belofte van een nieuwe schepping. Zo begint hij zijn evangelie zelf: John 1:1 In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. Als je die woorden hoort, dan denk je automatisch terug aan dat allereerste begin, waarin God alles schiep: ‘licht in het donker’, droog land in de zee, geest en leven in mensen. Misschien denk je, ach wat is er van die zo mooi begonnen schepping terecht gekomen! Het is nu vaak weer zo ‘donker’ op deze wereld (jaaroverzichten!). Nou, laat dit dan goed tot je doordringen: de Vader is met Jezus –het Woord- opnieuw begonnen! Want begrijpen we: Jezus is het nieuw geschapen licht in onze wereld dat niet uit te krijgen is. In het Woord was leven en het leven was het licht voor de mensen. 5 Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet in haar macht gekregen

Er is hoop voor de wereld, en dat is heel persoonlijk ook hoop voor ons zelf.
Het is zo en nu en dan wel donker in deze wereld, in ons leven, maar het blijft niet zo. Aan het slot is het niet donker, maar dan is het licht. En daar zorgt dat kleine kind voor.

Want in dat kind, is God de Vader, zelf bij ons gekomen. Hij is niet alleen de regisseur van de film, waar je alleen wat van merkt, maar die je nooit ziet. In Jezus wordt Hij ook de acteur die meespeelt in ons verhaal. Zijn Zoon treedt voor Hem op. Niemand heeft ooit God gezien, maar de enige Zoon, die zelf God is, die aan het hart van de Vader rust, heeft hem doen kennen. Je leert God kennen door Jezus
Jezus’ tijdgenoten konden God zien en leren kennen. Op deze manier kregen ze een beter beeld van Hem, dan ze eerder ooit gehad hadden. Ze maakten God mee!. En via hen maken wij Hem ook mee. Wij lezen hun portret van Jezus en leren niet als hen God kennen. We kennen de verhalen en maken ze mee. Dit is meer dan woorden, dit is een kennismaking met God zelf. En Hij doet ons voor hoe Hij het bedoeld. Hij laat het ons zien. Door er voor ons te zijn! Wij kunnen dat nog steeds via de ogen van de apostelen zien.
Jongens en meisjes als je de God wilt leren kennen, begin dan maar met et lezen van het boek Marcus en daarna de andere evangeliën. Dan maak je Hem persoonlijk mee. Hij laat het je zien wat de bedoeling is.

En dan denk misschien je al snel, Hij kan het wel voordoen, maar ik kan het Hem toch niet nadoen! Maar Jezus doet meer: Hij maakt het je mogelijk om Hem te volgen. Hij baant de weg én geeft ons de kracht –de Geest- om Hem te kunnen volgen. 16 Uit zijn overvloed zijn wij allen met goedheid overstelpt. 17 De wet is door Mozes gegeven, maar goedheid en waarheid zijn met Jezus Christus gekomen.
Hij wijst niet alleen weg, Hij baant de weg ook en maakt die begaanbaar waar wij niet kunnen lopen en Hij geeft ook nog alle kracht en mogelijkheden die we nodig hebben om Hem (de kracht en gaven van de Geest) om Hem te kunnen volgen. Daar is Hij niet benepen in. Hij zit vol goedheid en stopt onze handen er ook vol mee. Zodat we ruimschoots hebben wat we nodig hebben voor dat nieuwe leven

Nee, dit is écht méér dan woorden! Dit is een grote belofte!
Concentreer je op Jezus, zowel in Bijbel als in je leven en zult een herboren mens zijn!

Maar?
Als dat allemaal zo is, hoe kan het dan dat we er soms nog niet zoveel van merken? Omdat de duisternis in deze wereld formidabel is. En wij daar allemaal wel op één of andere manier mee verbonden zijn.
Gek genoeg is het ons thuis geworden. En allemaal hebben we de neiging om het duisternis te verkiezen boven het licht. Het is ons gewoon geworden. Griezelig genoeg zijn we ons thuis gaan voelen in zonden. De meeste mensen die Jezus toen meemaakten accepteerden Hem niet als meer dan een kind. Zelfs niet als Hij echt liet zien wie Hij was. En dat waren niet alleen de mensen, die het niet konden weten, die van de ‘wereld’ maar zelfs die van zijn eigen volk toen. En dat is nu nog net zo!
Ook nu zijn er nog steeds eigen mensen die Hem niet accepteren. We hebben het allang gemerkt. Geloven is niet erfelijk, het zit niet in de familie en het donker heeft ook aantrekkingskracht op ons! Ook op ons kerkmensen! ||…
Het vergt van ons een bovenmenselijke stap om weer echte mensen te worden.
Het gaat niet meer zomaar. We hebben God zo nodig!
Nou, lieve broers en zussen, God is er hoor. Dat beschrijft Johannes hier. Nog steeds in Jezus aanwezig deze wereld. Hij wil het zo graag aan je geven: goedheid, waarheid, genade op genade.

Concentreer je op Hem, in je lezen en in je leven, zijn voorbeeld. Om wat je van Hem kunt krijgen: genade op genade. En je zult herboren zijn. Een nieuw mens op weg naar het Koninkrijk van God.

Zet een stap naar Jezus toe, of zet opnieuw een stap naar Jezus toe
Zo zal het Kerstfeest ook je eigen geboortefeest zijn! Amen.

Liturgie 2e Kerstdag 26-12-2010 09.30 u.  
Zingen: B58 Groot is uw trouw o Heer
B 7 Jezus leeft in eeuwigheid
Stil gebed, Votum, Zegengroet
Zingen: Ps 150: 1 en 2
Kinderdeel + zang: B 233 Zie de zon, zie de maan
Bemoediging: Jes. 55: 1-11 Dubbelgebod...
Zingen: Gez. 328: 1-3 (Gezongen gebed!)
Lezen: Joh 1: 1-18
Preek
Zingen: B 68 Heer onze Heer, hoe heerlijk is uw naam
Gebed
Collecte 
Zingen: B 121 Heer u bent mijn leven
Zegen

vrijdag 10 december 2010

Geestelijk Fit! (4. Wat wil je?) Gal. 5, 13-21

Je praat de mensen het geloof niet aan! Geloven is meer dan een hoofdzaak. Zelfs zij die wel beseffen dat God van hen houdt, laten in hun leven soms grote machteloosheid zien. Hoe kan dit nu? Welke factor is nog meer van belang om ook daadwerkelijk verlost te zijn? Zondag vieren we Heilig Avondmaal en voorafgaande daaraan komt deze vraag aan bod

Aantrekkelijk gras
Op het terrein van de universiteit van Oxford (een belangrijke universiteit in Groot Brittannië) staat de Radcliffe Camera. Een prachtig helemaal rond gebouw onder een koepel. ’t Wordt gebruikt als bibliotheek. En zoals wel meer met mooie gebouwen, staat er een hek omheen.
Dat was niet altijd zo. In WOII werd het toen nog veel hogere, ijzeren, hek omgesmolten tot wapentuig. En vanaf die tijd stond er een hele tijd geen hek. Alleen een bordje Please keep off the grass. Tot de jaren zeventig werkte dat ook nog, meestal kwamen de mensen niet op het gazon. Maar vanaf het begin van de jaren zeventig ging het mis. Steeds vaker aten toeristen hun broodje op het gras, probeerden daklozen er wat geld bij elkaar bedelen en werd het een hangplek voor allerlei andere vage figuren. De gebruikers van de bibliotheek kregen last van het lawaai buiten en het eens zo mooi groene gazon zag er niet meer uit.
Reden voor de universiteit om er maar weer een hek omheen te zetten en sindsdien is het gras weer groen en mooi en kun je weer rustig studeren in het gebouw. Gek eigenlijk: het is duidelijk waarvoor dat gebouw is en ook het gras eromheen. De boodschap bij dat gazon was ook duidelijk. Maar toch gebruiken velen de vrijheid niet goed. Zelfs al is dat slecht voor gebruik van het gebouw en voor het gras. De logica regeert hier niet. Naast je hart en je hoofd, is er kennelijk nog een derde in het spel.

De derde speler
Wat is de derde speler? Waarom wilde de jongste zoon uit de gelijkenis van de verloren zoon weg? Zijn vader hield van hem, hij had alles wat hij nodig had. Hij wist waar hij aan toe was en toch gaat hij weg. Hij wilde niet blijven, maar hij wilde vrijheid voor zichzelf.
Wat hij wil geeft hier de doorslag! Niet zijn verstand (het was niet het verstandigste stap) en ook niet zijn hart (hij had gemakkelijk van zo’n vader kunnen houden)
Dat was ook zo bij Eva in het paradijs: dat ze geliefd was en dat ze het goed wist wat God wilde, belette haar toch niet om te eten. Ze wilde anders. Weer haar wil. De wil is de derde speler…

God gaf Eva een plek in de kring van zijn eigen grote schepping: een ereplaats. Maar zij wilde een plek alleen voor zichzelf, net dáár waar God stond. In het midden. Daar wilde ze zelf staan ‘God U staat op mijn plaats.” Dat beloofde op de één of ander manier méér dan wat God haar bood. Ze sloot zich op in haar eigen kleine wereld. Werd het middelpunt van haar eigen schepping, haar eigen koninkrijk. Alles moest om haar gaan draaien en God –haar lieve God- begon ze zelfs te wantrouwen. Waarom toch? De jongste zoon wil ook meer voor zichzelf en sluit zich op zijn eigen wereldje zonder zijn vader. En daar was hijzelf het middelpunt van zijn eigen lust en zijn genot. De koning in zijn eigen cirkel. Helemaal voor jezelf gaan, dat is ook aantrekkelijk voor ons.

Ook als je weet dat God je lief heeft (hart) en ook als je zijn boodschap voor onze wereld en voor jezelf kent (hoofd). Dat is een verlossende boodschap.
Het zou logisch zijn om daar positief op te reageren. Maar we doen het niet vanzelfsprekend.

Ik ken een kerel die verschrikkelijk knap is. Hij heeft veel geleerd en is ook gepromoveerd. Hij doet ingenieus onderzoek. In dat hoofd van hem gaat altijd van alles om. Hij kan goed waarnemen –sommige mensen kunnen dat hè, die zien veel- en kan je dus verrassen met zijn heel bijzondere kijk op dingen. ’t Is alleen daarom al heel leuk om bij hem te zijn. Zo’n 15 jaar geleden verloor hij zijn geloof. Tenminste er kwam een soort mist voor in de plaats. Ondoorzichtig en vaag. In het begin dacht ik: zijn kennis zit hem in de weg bij zijn geloven. Zijn hoofd wil niet mee. Ik wilde daar graag met hem over praten, misschien kon ik hem er mee helpen. Maar als ik een gesprek met hem had, dan bleek aldoor weer dat hij over de meest simpele dingen van geloven vaak heel slecht geïnformeerd was. Vaak zei hij dingen die een karikatuur van God en de kerk zijn. Hij deed er helemaal geen moeite voor om een antwoord op zijn vragen te vinden. Hoe kán dat nou voor een voor de rest zo goed geïnformeerde man. Kwaad wordt je daarvan: hij doet geen recht aan het geloof. Meerdere keren heb ik met hem proberen te praten, maar altijd weer die karikatuur, die cartoon van God. Langzamerhand dringt tot me door dat zijn verstand hem helemaal niet in de weg zit. Hij wil niet meer geloven. Hij wil er ook niet meer echt over nadenken. Hoe belangrijk die wil is!

De boodschap
Dat is de reden van wat Paulus aan de gemeenten in Galatië schrijft. Hij heeft steeds benadrukt: jullie zijn vrij. Maar dat je geliefd en vrij bent en dat ook weet is nog niet genoeg om ook als vrij mens te leven.

Vandaar die oproep: ‘misbruik die vrijheid niet, maar dien elkaar door de liefde” Dat moet je wel willen. En je wil is de schakel tussen dit weten en het ook doen!’ Wat wil je? Dat kun je met cirkels duidelijk maken.

Sluit je jezelf net zo op in eigen cirkel als Eva dat deed , of wil je er nu uitstappen in de  grote kring van Gods Koninkrijk. Daar sta je niet in het middelpunt, daar staat God, maar daar kom je wel tot je recht. En de anderen die daar zijn vullen je aan (zij dienen jou uit liefde), jij vult de anderen aan (dient ze uit liefde). Zij maken jou compleet, jij maakt hen compleet. Dá’s heel anders dan in je eigen koninkrijk alleen de macht willen hebben. Waar als je eerlijk bent de anderen alleen jou moeten dienen. En dat doen ze niet zo maar, dan wordt het weer een gevecht, je moet dat haast roven van ze. En alles wat je van anderen afdwingt, maakt je toch niet compleet.

Wat wil je? 
Wat wil je? Je kunt niet beide tegelijk: in je eigen cirkel leven en in de kring van Gods Koninkrijk. We proberen dat nog veel te veel te combineren. Geloven wordt net zoiets als overdag naar je werk gaan en ’s avond weer thuis komen. In mijn eigen tijd doe ik wat ik zelf wil! Maar zo moet je niet leven (17). Het is of het één, óf het ander. In je eigen cirkel heers je zelf ten koste van anderen, in de kring van het Koninkrijk regeert de Geest van God en dien je de anderen en de anderen jou. Het is óf het één, óf het ander. Maar niet beide tegelijk  (17) Het’ één gaat in tegen het ander! Je eigen karakter en het klimaat van het Koninkrijk strijden met elkaar.

Wat kies je? Eva koos voor zichzelf, de jongste zoon koos voor zichzelf.
Broers en zussen, wij zijn verloste mensen. Dat betekent: we zitten niet vast aan onze zonde. We kunnen allang beginnen ons er van te ontdoen en met een nieuw leven starten. Da’s Gods genade voor ons door Jezus Christus. Wij zijn vrij. Dat wordt je vol liefde aangeboden: vandaag tastbaar. Alsjeblieft mijn hele lichaam voor het jouwe: je bent vrij. We zijn geliefd (hart), we kennen de boodschap! Hoofd). Wat willen we? Da’s net zo belangrijk als ons besef van Gods liefde en onze kennis van de boodschap.

Waar gaan wij staan: weer in onze eigen cirkeltje of in de kring van het Koninkrijk? Waar je gaat staan, dat stempelt je leven. Je Heer geeft je de mogelijkheid om uit die eigen cirkel te stappen in de breedte van zijn Koninkrijk. Waar je je zelf koestert in het klimaat van Vaders liefde en in de aanwezigheid van je broers en zussen. Waar je leven echt betekenis krijgt in het dienen van de anderen?
Je Heer roept je, wat wil je? Je hoeft alleen maar de macht uit handen te geven. Vader uw wil geschiedde, is niet voor niets de derde bede! Als je de macht uit handen geeft dan wordt het langzamerhand vrede in jezelf. Het gevecht tussen jouw lust en Gods wil verstomt. Zijn wil wordt de jouwe. Je vind vrede in jezelf

God heeft je vrijheid, wie wil je over jouw vrijheid laten heersen?
God wil het goed voor je, wil je door zijn Geest uit je eigen cirkel leiden naar de kring van zijn Koninkrijk. Wil je zijn leiding volgen?
(Dat is een vraag voor de wil!)
Kom aan tafel en proef van zijn liefde. Volg dan de Geest op weg naar zijn Koninkrijk.

Amen.

Liturgie morgendienst
1. Adventskaars 
Zingen: Zingend gezegend 113, 1-3
Stil gebed, votum en zegengroet
Zingen:  Gez. 231, 1
Tien geboden
Zingen:
Gez. 481, 1 en 2
Kindermoment: het verhaal van Jezus in de tempel…(Luk. 2, 41-52)
Zingen: B 227 Stap voor stap (wil ik Jezus volgen)
Kinderen naar de bijbelklas
Gebed - Ad de Boer gevraagd naar de Nationale Synode
L/T: Gal 5, 13-21
Preek
Zingen:  Gez. 88, 1-4
Formulier HA
Voorafgaande aan viering: Ps 130, 1 en 3
Ps 4,2 (bij het slot vd tafel) (Tafel 1)
Gez. 90, 1 en 6 (Tafel 2)
B 70  (Tafel 3)
Ps. 86, 4 en 5 (Tafel 4)
Gez. 432, 1 en 2(Tafel 5)
B 4, 1 en 2 (Tafel 6)
B 9, 1 en 2 (reserve)
Gebed
Collecte
Kinderen terug uit bijbelklas; Adventsproject en cadeau
Zingen: Gez. 68, 1 en 2 De lofzang van Simeon 
Zegen 

zaterdag 4 december 2010

Geestelijk Fit! (3. Toets je denken) Rom 12/Mat.1

Waar denk je over na? Welk gedachtengoed heeft invloed op je? Volgens Paulus is dat belangrijk. Hij doet een dringende oproep goed doordacht te leven. Dat is niet een zaak van uiterste krachtinspanning, maar eerder van jet juiste kiezen. Niet wat je kunt bepaalt wie je bent, maar voor wie je kiest.

Wachten
Wat is nu het leukste van Sinterklaas?
Kado’s krijgen? Nou dat weet ik niet… want als straks alle kadootjes uitgepakt zijn, is het leukste alweer voorbij. De spanning is er af. Je went alweer een beetje aan je nieuwe kado’s.
Nu is misschien nog wel leuker dan straks. Nu, vóór Sinterklaas. Want nu weet je, straks krijg ik kado’s en dat is zo spannend, daar heb je zo’n zin in, je kunt er bijna niet op wachten. Je hoeft daar helemaal niets voor te doen.

Wat is nu het fijne van de Kersttijd? Weten dat de Heer Jezus komt! Dat betekent advent. De Heer Jezus komt! Daar kun je op wachten, net zoals op die kado’s. Daar hoef je niets voor te doen (2x). Meer nog Hij was hier ook al eens geweest, mensen hebben daar van alles over verteld. En die vertellingen hebben wij nog in een eigentijdse vertaling! In gewoon Nederlands. We kunnen het zo lezen! En Hij verandert alles!

O ja? Wat verandert dan? Ik kan me best voorstellen dat je denkt, alweer advent? Als je het al bewust wás: ‘o ja, ’t is advent.
Wat brengt advent –de komst van de Heer Jezus- je nu verder? Gewoon in je dagelijkse leven. Wat helpt het je dat je weet dat je Heer gekomen is en dat je kunt gaan wachten op zijn terugkomst? Is het meer dan een theorie? Is je gevoel werkelijk spontaan: af praat je gewoon anderen na: ’t is weer advent! Ja, fijn hè!
Maar als je zou moeten kiezen vandaag? Wat zou je kiezen Advent of Sinterklaas? Wat is nou de betekenis van de komst van Jezus voor je dagelijkse leven? Ik durf wel te beweren dat de komst van onze Heer Jezus pure genade is. Broers en zussen, dat is niet alleen mooie gedachte of een geloof dat je troost. Jezus’ komst is niet alleen theologie of kerkelijke leer. Jezus’komst betekent werkelijk zijn persoonlijke nabijheid. Dat is meer dan theologie. Hij is in onze wereld gekomen, zoals wij er in gekomen zijn. Geboren! Hij is niet alleen in andere werkelijkheid (de hemel), maar dichtbij ons op de aarde, in onze eigen werkelijkheid! Hier op onze aarde herinnert er nog van alles aan de tijd dat Hij er was! Mensen van toen konden op kraambezoek bij Maria en Jezus. Je kon bij Hem zitten, naar Hem kijken en Hem aanraken.

Meer nog, zodra Hij er toe in staat was, kon Hij bij jou zijn! Naar jou kijken en jou aanraken. Want Hij zoekt ons op.
Daar kun je op wachten! Niet alleen op later, straks als Hij terugkomt. Nu al. Ik ben met jullie, alle dagen, tot aan de voltooiing van deze wereld.' (Mat 28:1 NBV) zegt Hij tegen zijn discipelen. Hij is er hier ook nu nog bij!
De geboorte van onze Heer Jezus zegt heel veel. Niet alleen dat Hij ons wil redden, maar ook waarom Hij dat deed: omdat Hij bij ons wil zijn, ons aanraken en met ons leven! Ja, de komst van onze Heer Jezus is pure genade


Betekenis
Wat betekent de genade van Jezus’ komst en nabijheid voor je (geloofs)leven? Laat ik dat duidelijk proberen te maken aan de hand van het gedeelte dat we in Rom 12 gelezen hebben. Dat gaat over de zaken van ons hoofd: hoe je als christen je hersenen moet gebruiken. Dat valt in de vertaling niet zo op, maar dat is wel zo Paulus roept ons kort gezegd op: ons wijd je denken en dan je leven aan God, offer jezelf aan Hem (dat is offer je hele leven aan Hem)
Hij werkt ook uit wat dit betekent. Op een nieuwe manier gaan denken is niet alleen een paar nieuwe gedachten (inzichten) krijgen, zodat je hier en daar wat anders over denkt. Het is allemaal nieuwe gedachten krijgen omdat je anders hebt leren denken. Omdat je je hersenen anders bent gaan gebruiken en Hij zegt er bij dat je alleen door zo te gaan denken erachter kunt komen wat God van je wil, d.w.z. wat goed is, wat je bij je doel brengt, wat je compleet maakt.

Hij waarschuwt je ook wat je niet moet doen! Laat je niet in de vorm persen die deze tijd van je eist!
Want dat gebeurt hè. Dat zijn we ons niet altijd zo bewust, maar ’t is wel zo! De gewoonten van deze tijd oefenen druk op je uit! Ze zijn niet vrijblijvend! Je denkt misschien wel eens van wel, je denkt mischien dat ze je niet raken. Maar dat is niet zo. Ze duwen tegen je, ze dringen zich aan je op, dwingen je gedachten in een bepaalde richting, duwen je leven een bepaalde kant op. Verleiden je. Veranderen je van vorm. Ze willen je denken en dan je levensstijl wijzigen! Je staat voortdurend onder druk. Deze gewoonten persen je langzaam maar zeker in een bepaalde vorm: dit moet je kopen, dat zijn de kleren die kunnen, en dat muziek die hoort, dat moet je gelezen hebben, natuurlijk kijk je ook naar… en op internet doe je mee aan. En jij hebt natuurlijk ook een relatie zoals anderen dat hebben, en natuurlijk vier je feest zoals iedereen dat doet en wanneer iedereen dat doet. Jij wilt een carrière zoals de anderen, geld zoals iedereen, een auto zoals de anderen, seks zoals iedereen, een huis, een vakantie… want jij denkt net zo!
Net zoals een zware pers een stuk aluminium in een vaste vorm perst (een pan bijvoorbeeld), proberen de gedachten en gewoonten van deze tijd ons in een bepaalde vorm te persen.

En dan doet Paulus een appèl op ons. Laat je door de mode van deze tijd niet veranderen. Als je niet uitkijkt verandert die hoge druk je immers definitief van vorm, zodat je er hier en nu er helemaal bij hoort. Dat wel maar voor het Koninkrijk van God – de tijd die komt, raak je helemaal uit vorm. En ben je ongeschikt geworden. Voor het Koninkrijk van God dreig je verloren te gaan.
Geestelijk ongezond tot en met!

Nee, schrijft Paulus, offer je leven aan God! Dat is goed doordachte eredienst.
Nou, als je nog dacht dat eredienst voor God 1,5 tot 2,5 uur in de week is, dan weet je nu beter! En worship –daarmee kun je het woord hier vertalen- is niet alleen een manier van zingen, maar een manier van leven!

Genade
’t Is maar al te duidelijk waartoe Paulus ons oproept. Het is één van zijn vele oproepen. Je mag er blij mee zijn dat de Heer ons iemand heeft gegeven die ons op tijd waarschuwt voor een manier van denken en leven die ons misvormt.
Ja, dat mag dan zo zijn, ik vraag me af of we het zo beleven. Heel wat onder ons worden er volgens mij een beetje hopeloos van! Van die oproepen van Paulus en andere. Het zijn er irritant veel! Want het besef dat je wat moet doen, wil nog niet zeggen dat je ook weet hoe! En dat hoor ik dan om me heen. De laatste maand bijvoorbeeld: ‘o we moeten zoveel tegenwoordig!” Daar klinkt vermoeidheid in door, en verlegenheid, denk ik dan. Ik kan dit helemaal niet wat ik zou moeten doen. Ik zou niet weten hoe! Ik wordt er allen maar onrustig van. Ik heb er behoefte aan dat iemand me juist geruststelt, troost. Waar is de troost?

Dat kan ik me goed voorstellen. Want als we dit zelf zouden moeten opbrengen, dan kunnen we dit ook echt niet! Het is alsof je jezelf aan je haren probeert op te tillen! Het doet wel pijn maar je schiet er geen mm mee op.
Hier krijgt de genade van Jezus’ komst (advent) betekenis. || Er is één zinnetje waar je niet overheen moet lezen: Denk overeenkomstig het geloof. Dat is de maatstaf die God je heeft gegeven (3) (2x)

We kunnen dit niet allemaal zelf, maar we hoeven het ook allemaal niet zelf. God deelt geloof aan ons uit! Hij verandert onze harten. Ieder van ons krijgt een bepaalde hoeveelheid geloof en dan kun je ook anders denken.
Dat geloof, vertrouwen, mag je gewoon van Hem aannemen. En als je het toelaat in je leven –je hele leven- krijgt het invloed op je denken. Je geloof moet je niet apart houden in speciale uurtjes voor God, stille tijd en kerkdiensten. Maar dat vertrouwen in je Heer moet je in je hele leven opnemen, je denken en doen laten vormen door Hem.
Worship, je leven aan God offeren, is dus niet een kwestie van krachttraining om zo sterk te worden dat je geestelijk fit genoeg bent om anders te gaan leven. Maar een kwestie van kiezen: neem ik het geloof aan wat God me wil geven. En geef ik het een plaats in mijn leven? Gebruik ik het ook bij mijn keuzen? Laat ik het alle dagen van de week, bij al mijn denken en dan mijn doen, toe in mijn leven?

Niet wat je allemaal kunt, bepaalt wie je bent voor God, maar hoe je kiest||.
Voor Wie je kiest! Als je dat doet, ga je anders denken en anders leven. Met inzet van Gods kracht.
Heel praktisch betekent dit, dat je wat de Heer Jezus Christus je zegt, ja dat je alles waarmee Gods Geest de bijbelschrijver inspireerde, inzet in je denken over je dagelijkse leven (Bijbel). Ga in je dagelijkse leven het gesprek met je Heer aan –luister naar Hem en spreek met Hem- en leef zo allereerst met Hem. Laat Hem je denken inspireren! Vraag je af wat dat voor je leven betekent. Onderzoek wat God van je wil: het goede dat je compleet maakt.
Dat ga je je leven anders zien en anders beleven. Dan kom je in vorm voor het Koninkrijk. Toets je denken, over wie of wat denk je het meeste na?

Genade voor Jozef
Wil je weten hoe dat in de praktijk werkt? Luister dan eens naar de geschiedenis van Jozef: de stiefvader van onze Heer Jezus.
Jozef was geen benepen figuur. Volgens de gewoonte van zijn tijd, had hij méér dan gelijk. Ja, ook volgens de geboden van God. Hij legde ze niet bekrompen uit. Eerder het tegenovergestelde: hij wilde Maria niet schaden! Maar hij kon voor God niet verder met haar. Hij was zich er nog niet genoeg van bewust dat de tijden helemaal verandert. En dat er van Hem iets gevraagd wordt wat toen nog gewoon was.
Maar zolang hij zich dat niet bewust is. Zit hij in gewetensnood en weet hij niet beter dan de zwangere Maria weg te sturen. Hij kan niets anders bedenken.

Jozef komt er zelf niet uit. En dan komt de Here hem te hulp. Hij stuurt een boodschapper: Jozef het is goed, dit is een bijzonder kind. Verlosser van de zonden en de manier waarop ik bij jullie zal zijn. En zodra Jozef dat weet, kan hij het anders bedenken en zorgt hij voor zijn zwangere vrouw en zijn aanstaande kind. Wat God zegt verandert alles voor Hem. Hij heeft het niet zelf hoeven bedenken. God kwam naar Hem toe! Hij hoeft alleen maar te kiezen of hij deze engel, deze boodschapper, deze boodschap vertrouwt. Dan weet hij wat te doen en is hij nergens bang voor. Want de mensen zullen hem er toch wel vreemd op aangekeken hebben dat zijn aanstaande al voor het eigenlijke huwelijk zwanger was. Maar voor de rechtvaardige Jozef, telt vooral wat God denkt. Laat de mensen dan maar denken. Jozef steunt op de genade van God die hem in de engel met zijn boodschap te tegemoet kwam.

Genade voor ons
Broers en zussen, onze Heer heeft op onze aardbol gewoond.
Dat was zo bijzonder dat er tot op de dag van vandaag over gepraat wordt.
Via zijn apostelen spreekt Hij –nog- tegen de hele mensheid.
En Hij staat niet tegenover ons met een eis om te gehoorzamen.
Integendeel: Hij komt ons vol liefde tegemoet –nog steeds- in zijn Geest
Hij verloste ons van de schuld tegenover God, en bevrijdde ons van de banden aan het kwaad. En dat zegt Hij ons zodat wij andere gedachten krijgen over ons leven in deze wereld. Niet langer verloren, niet langer zonder hoop.
Hij geeft zijn door zijn Geest: raad (zijn Woord) en kracht. En op deze manier Hij vernieuwt ons hart, ons denken, onze wil en ons leven. Zo nodigt Hij ons uit voor een nieuw leven in zijn Koninkrijk, de komende eeuw. Want Hij gunt oms genadig een nieuw leven
Paulus herinnert daar alleen maar aan: als hij ons uitnodigt ons leven te offeren als een goed doordachte aanbidding van God. Hij nodigt ons anders te gaan denken en te ontdekken wat God wil en waarschuwt ons niet terug te vallen in de oude manier van denken. Die uitgaat van verlorenheid en hopeloosheid.
Een van de namaaktroost van spullen, amusement en zo
Hij nodigt ons uit zijn genade aan te nemen. We hoeven alleen maar te kiezen.
We hoeven het niet zelf te kunnen, maar moet het wel zelf aannemen:

méér niet, maar minder ook niet.
Vertrouwen wij onze Heer of niet. Geloven het niet of geloven we het wel.
Dat is keus: durf je op Gods kracht te leven.
Durf je zijn visie op het leven tot de jouw te maken en zo te gaan denken.
Durf je de genade voor jouw leven aan te nemen?
Hij wil je het graag geven, neem je het aan.

Broers en zussen, laten wij ons afvragen waar wij aan denken,

Nu God ons zo genadig is. Amen.

Liturgie voor de dienst

Ps 136 Psalmen voor Nu voorzingen



1. Adventskaars
2. Zingen: Zingend Gezegend 113, 1 en 2
...B 82 O, Heer mijn God
3. Stil gebed, Votum, Zegengroet
4. Zingen: Ps. 149, 1 en 2
5. Kinderdeel + zang: Samuël
Meriam Koster op het podium om te vertellen over haar ziekenzalving
Zingen: B 242 Ik neem even de tijd om naar u te luisteren
6. Gebed
Kinderen naar bijbelklas
7. Vermaning: Dubbelgebod + Rom 12, 1-5
8. Zingen: Gez. 66,1,2 en 6
9. Lezen: Mat 1, 18-25
10. Preek
11. Zingen: B 80 Mijn Jezus, mijn Redder
12. Gebed
13. Collecte + Redt een kind
Kinderen weer terug in de dienst
14. Zingen: B 133 Over al wat leeft
15. Zegen

zondag 21 november 2010

Geestelijk Fit! (1. Toets!) 2 Cor. 13, 5-10

Overweldigend
Een tijd geleden liepen we in het Rijksmuseum rond.
Het mooie van dit museum is dat je er een hoop heel bekende Nederlandse schilderijen kunt zien. En het leuke: je hoeft geen kenner te zijn om ze toch te herkennen.
‘Het straatje van Vermeer’, zijn ‘Melkmeisje’ en de ‘Nachtwacht’ van Rembrand, ze hangen er allemaal! Maar het zijn er zoveel, dat je er –na een tijdje- moe van wordt. Zaal na zaal bekende en minder bekende kunstwerken uit de Gouden Eeuw. Op een gegeven moment kun je het niet meer verwerken, zoveel indrukken. Je neemt het niet meer allemaal in je op
En eenmaal thuis, kun je het ook niet meer goed navertellen.
Want je weet eenvoudig niet waar je beginnen moet. Het is je teveel geworden! Overweldigend

Zo overweldigend kan het evangelie ook zijn.
Wanneer je jezelf erin verdiept krijg je zoveel te zien, dat je het soms ook niet meer kunt verwerken. Na een tijdje ben je er gewoon moe van.
Neem nou alleen eens de oproepen in onze prekenserie over ‘een missionaire gemeente’, de laatste weken:
Kijk eens naar de eerste christelijke gemeente, Sta op en schitter, het zou om God moeten draaien! Wat is ons missionair peil? en dan weer: God wil je moed geven, weet je dat? De indrukken buitelen over elkaar heen. Maar je krijgt het allemaal niet meer goed scherp. Hoe moet je er nu mee verder?
Wat blijft is – het ongerust makende- gevoel dat je er iets mee moet.
Maar wat? Dat weet je zo net nog niet!
Hoe reageer je dan? Je zou moedeloos de schouders op kunnen halen en het er maar bij laten zitten.

Maar, beste broer, beste zus, je blijft toch ook niet weg uit het Rijksmuseum omdat er zoveel hangt! Als je er werkelijk belangstelling voor hebt, ga je later nog eens terug. En dan neem je tijd om ze nog eens weer rustig te bekijken. Niet alles tegelijk, je concentreert je op een paar zalen bijvoorbeeld. Zo kun je het beter verwerken. En de tweede keer is het ook al weer anders.
En misschien ga je later nog wel weer eens terug, om weer andere schilderijen te bekijken (jongens en meiden ieder kan voor zichzelf weer andere voorbeelden invullen: een game beheers je ook niet in één keer…; een sport vereist veel training)

Natuurlijk kan het evangelie ons in zijn volle kracht en schoonheid volkomen overweldigen. Onze Heer is zoveel met ons van plan, dat we ons dit soms niet meer goed voor kunnen stellen! Het is teveel! Maar, laten we het daarom maar links liggen? Nee toch! Als je je Heer liefhebt en vertrouwt, maar door zijn plannen overweldigd bent, dan ga je ze toch nog eens overdenken. Ja toch…
Als je van je Heer houdt en zijn evangelie serieus neemt, wel! Dan neem je de tijd ervoor.

Als we doodmoe worden van het plannen van onze Heer, moeten we misschien zelfs ook nog iets anders doen. Behalve dat je de tijd ervoor neemt, onszelf de vraag stellen: ‘zijn wij er eigenlijk wel aan toe?
We hebben ons de afgelopen maanden vergaapt aan de vérgezichten van het evangelie, indrukwekkend maar wel overweldigend. Misschien is het de komende weken ook goed om onszelf eens onder de loep te nemen. Zijn wij geestelijk eigenlijk wel fit genoeg om met dit prachtige evangelie om te kunnen gaan? Naast de bespreking van het thema, zetten we vandaag onszelf ook voor de spiegel. Kunnen we er wel mee omgaan?

Wat ons thema betreft staan we op de grens van twee series: die met de vergezichten over missionair gemeente-zijn en die over onze eigen geestelijke fitheid. Dat is een hoopvolle zaak, vandaar de kleuren van de regenboog! 

Zelfonderzoek? 
Ja maar zijn we hier nog op bijbels terrein? Of lopen we nu de praktijk van de psychologen binnen? Nou, zelfonderzoek is niet alleen het terrein van psychologen. Het is voluit bijbels.

Neem nou het gedeelte uit de brief van Jakobus dat we zonet gelezen hebben. Hij zet zijn lezers woordelijk voor de spiegel en zegt er bij ‘Spiegel jezelf in de volmaakte wet, die vrijheid brengt.’ Dat is m.a.w.: ga steeds bij je zelf na of je God met alle macht lief hebt en je naaste als jezelf.’
Het is onder Gods volk heel gewoon om je zelf te onderzoeken op je vorderingen in je leven als christen (dat is leven met Christus, maar daar kom ik later op terug). Het is juist heel ongebruikelijk als je dit niet zou doen. Dat heeft te maken – zo begrijpen we van Jakobus, met de aard van het Woord (23) 23 Want wie de boodschap hoort maar er niets mee doet, is net als iemand die het gezicht waarmee hij is geboren in de spiegel bekijkt: 24 Hij ziet zichzelf, maar zodra hij wegloopt is hij vergeten hoe hij eruitzag. (Jak 1:23-24)
Als je ‘s morgen voor de spiegel gaat staan, en daarin ziet dat je haar alle kanten op recht omhoog staat na een diepe nacht slaap, vinden wij het toch ook gek dat je niets aan je haar doet voordat je naar je werk gaat. Je bestudeert jezelf nauwkeurig, maar je doet niets met de informatie die je van jezelf krijgt.
Want zo staat het er bij Jakobus: dat bekijken van je eigen gezicht is het nauwkeurig bestuderen van je eigen gezicht. Dat je al goed kende, Dat maakt het daarna vergeten ervan nog onbegrijpelijker!
Waarom luister je naar het woord van God als je er niet mee wilt leven?

Broers en zussen, Jakobus en hij niet alleen, herinnert ons er aan dat het Woord van onze Heer niet alleen het beschrijven van een mening is. En dat geloven niet alleen een zaak van ‘overtuigd zijn van de waarheid’ is. Zo zou geloven iets kunnen worden als het hebben van een mening. Dan zou je een christen vooral herkennen aan haar overtuiging. ‘Die denken zo…’, hoor je anderen dan zeggen.

Het Woord van onze Heer is méér: het is levenswijsheid .Letterlijk! Het wijst je de richting in je alledaagse leven. Het is óók bedoeld om te doen! Geloven is dus niet alleen overtuigd zijn in je hoofd en hart maar ook overtuigd zijn in je levensstijl. Wie Christus heeft leren kennen, verandert langzaam maar zeker in een ander mens. Het is dus niet meer dan normaal dat je regelmatig voor jezelf nagaat in hoeverre je leven al veranderd is.

Toets!
Ook in de brieven van Paulus, worden de lezers opgeroepen om bij zichzelf na te gaan: past jullie levensstijl bij Jezus Christus. Vaak heel concreet en heel precies. Waarschijnlijk n.a.v. van wat Paulus van de gemeente weet.
Ook in 2 Cor 13
Paulus en Titus worden door gemeenteleden van de kerk van Korinthe bekritiseerd. Sommigen vertrouwen Paulus niet meer omdat Hij niet op bezoek is gekomen, zoals de bedoeling was. Sommigen beschuldigen hem van bedrog (1.23; 12,16). Ze zijn verder ook kritisch over Paulus. In vergelijking met andere sprekers vinden ze hem ontzettend tegenvallen. Dat heeft – zo begrijpen we van Paulus- vooral met zijn stijl te maken. Paulus geeft ook toe dat hij niet zo’n boeiende spreker is, maar vraagt zijn luisteraars vooral ook op de inhoud te letten. Hij mag dan zwak zijn, door Gods kracht is hij toch sterk en wat hij zegt ook! (13,4). Hij is door Gods kracht gaan leven zoals zijn Heer Jezus Christus leefde.

En dan zet Paulus die kritische gemeenteleden uit Korinte ook voor de spiegel!
Jullie die zo kritisch zijn, hoe is het eigenlijk met jullie leven? Is dat zoals dat van Christus?
Het is belangrijk om hier goed te lezen! Wij leven in een tijd waarin zelfreflectie heel belangrijk is. Nadenken over jezelf, een beeld krijgen van jezelf, weten wat je echte bedoeling is. Doelen stellen. De afgelopen jaren zijn we daar zo druk mee geweest, dat sommigen er kopschuw van geworden zijn. Je hoort hun zeggen: ‘al dat genavelstaar!, ik heb wel wat beters te doen'. Als christen denk je daar misschien achteraan: ik weet nu wel dat ik slecht ben. Moet ik daar me zelf daar steeds opnieuw van overtuigen? Daar wordt je toch hopeloos van?

Maar Paulus schrijft hier niet: toets jezelf! Maar toets je zelf, beproef jezelf, of Jezus Christus in jullie is. (5). Paulus zet je niet voor de spiegel om je hopeloze zelf te zien. Nee hij vraagt: toets jezelf op de aanwezigheid van je Heer Jezus Christus in je. Dat is heel wat anders. Hij vraagt te letten op de Hoop die in je leeft…
Beste broer, beste zus, kun je van jezelf zeggen dat de Heer Jezus Christus in je leeft? Dat zijn leven het jouwe steeds meer gaat stempelen? Begin je al op hem te lijken? En hoe ver ben je inmiddels gevorderd?

Paulus durfde dat wel van zichzelf te zeggen.
Oh oh denken we dan, daar heb je het al. Nóg een reden waarom wij zo’n hekel hebben aan zelfonderzoek. We worden niet alleen hopeloos van onszelf, maar ook van anderen! Als je dat samen met anderen doet, zoals vanmorgen. En je praat daar met elkaar over. Dan denk je al snel, wacht maar af, zo meteen gaan we elkaar de maat nemen. Zul je zien, zit je met elkaar in de kring en dan hoor je broers en zussen over hun geloof spreken en je voelt jezelf wegsmelten. O nee, daar kan ik niet aan tippen.
De gemeenteleden uit Korinte zouden dat ook van Paulus kunnen vinden. Maar Paulus maakt heel duidelijk dat hij hen de maat niet wil nemen, maar verder op de weg helpen achter Jezus Christus aan.

Tegelijk daarmee brengt hij nog iets naar voren. Toets jezelf op het doel dat je Heer met je heeft. Hij wil je van het kwade naar het goede brengen (7). Hij wil je in een beter leven brengen. Hij wil je sterk maken door Gods kracht.
In Paulus’ woorden klinkt een geweldige belofte door. We bidden dat u zich zult beteren (9) betekent: we bidden dat jullie compleet en rijp mogen worden. God wil jullie door zijn Zoon sterk en heel maken! Sta je er open voor? Want dat is wat je gevraagd wordt. Wil je dat van Hem ontvangen? Je hoeft jezelf niet te bouwen, er wordt je alleen gevraagd om er voor open te stellen dat je Heer Jezus Christus je leven bouwt. (Als je nat wilt worden moet je in de regen gaan staan, daar zijn waar Christus is)

Broers en zussen, als je naar jezelf kijkt, voel je vaak alleen maar kleiner worden.
O, er is zoveel tekort. Dat weet je maar al te goed. Maar als je jezelf toetst op de aanwezigheid van de Heer Jezus Christus in je leven, op het werk dat Hij in je leven doet. Dan kun je opgelucht ademhalen. Want Hij heeft een geweldig bouwplan, (regenboog = hoopvol) dat Hij Zelf gaat uitvoeren in jouw leven. In onze levens. Wil je dat van je Heer ontvangen? 


Laten we onszelf vanmorgen op die manier toetsen , laten we op zoek gaan naar Christus in onszelf! Komen we met Hem al dichter bij het goede? Zien we het groeien? Bewegen vol Hoop in de richting van een rijk en compleet leven?
Da’s net zo leuk, als naar de bouw van je nieuwe huis gaan kijken! Steeds meer kunnen ontdekken van het geweldige bouwplan van je geestelijke huis!
Daar wordt je wel eens onrustig van (alles blijft in beweging), maar dat is heilige onrust
En heilige onrust brengt je samen met je Heer naar een beter leven
En daar kun je blij mee zijn, toch…

Amen

vrijdag 12 november 2010

Gesprek op zondag 21 november a.s.

Serie 1 over ons jaarthema 'een missionaire gemeente'  is rond. Afgelopen zondag zochten we samen naar bemoediging voor ons -missionaire- gemeenteleven. Er ligt een hele voorraad moed voor ons klaar bij onze God, schrijft Paulus ons. Ook begrijpen we dat het werkelijk Gods bedoeling is ons de motivatie en de energie voor zo'n gemeenteleven ook werkelijk te geven. Een mooie belofte!


Maar ondanks zo'n geweldige belofte, blijven we stressgevoelige mensen. Beleven we de mogelijkheden die we van onze God krijgen niet al snel als 'weer iets wat we moeten'? Als dat zo aanvoelt, is het al snel te veel. De belofte verandert in een verplichting. En die plicht - een schitterend leven als burgers van het Koninkrijk van God-  komt ons eigenlijk onmogelijk voor. Op zich van goede wil, hebben we de moed en de energie er eenvoudig niet voor. We hebben nog geen idee hoe wij in het bezit komen van wat onze Here ons belooft: motivatie en energie. Of met andere woorden: we voelen ons niet fit genoeg voor zo'n opvallend leven. De vraag is dus: 'Hoe wordt je geestelijk fit? En dat is de titel van de tweede serie preken die ds. Henk van der Velde en ik in het kader van ons jaarthema hopen te houden. Van het geloofsleven van de gemeente komen we nu meer te spreken over ons persoonlijke geloofsleven. Want, we weten het maar al te goed: één goede service maakt je nog geen goede tennisser, daarvoor moet je ER steeds goede kunnen geven. Zo maakt zo nu en dan een goede daad ons nog geen opvallende christenen. We vallen als christenen pas op als we deze goede levensstijl langere tijd kunnen volhouden onder heel uiteenlopende omstandigheden! En dat is topsport, inderdaad! We hebben hebben nog heel wat om over door te praten.
Daarom is er op zondag 21 november de gelegenheid om met elkaar bij te praten over de eerste serie.  Een goede gelegenheid om eens te luisteren naar de indruk die jullie van de eerste serie hebben gekregen en door te praten over onze mogelijkheden én moeilijkheden. Voor collega Van der Velde en mij ook dé gelegenheid om te kunnen horen welke vragen er leven.
Op die zondag hopen we dan ook velen van jullie te horen en te spreken.
Hieronder alvast een korte, schematische, terugblik als voorbereiding op het gesprek.

NB Alle preken zijn op deze site na te lezen!

zondag 7 november 2010

Missionair 5: Waar halen we de Missionaire Moed vandaan? Fil. 2, 12-18

Vraag voor de kinderen in de kerk: In het bijbelgedeelte vergelijk de schrijver Paulus gelovigen met iets?
Met wat? Kun je uitleggen waarom?

Nog lang niet thuis!
“Maar we zijn hier al éérder geweest?”, zegt Frodo en er klinkt paniek in zijn stem. Wie het verhaal kent, weet dat het hier gaat om Frodo uit de “In de ban van de Ring’, die na dagen rondwalen in het onherbergzame, rotsige, berggebed van de Emyn Muil ontdekt dat ze weer op het beginpunt zijn aangekomen. Alle inspanning was te vergeefs. In het verhaal is dit een dieptepunt, als toeschouwer vraag je je af hoe Frodo en Sam ooit op de plaats van bestemming zullen komen, als al hun inspanning hun nog helemaal nergens gebracht heeft. Je proeft de wanhoop.

Vandaag is het project 'Feest van Genade' gepresenteerd. 40 dagen lang samen terug naar het fundament van ons geloof. Mensen uit andere gemeenten die dit hebben ervaren zijn er heel enthousiast over, horen we ze zeggen. Mensen die er nu nauw bij betrokken zijn geraakt, worden steeds enthousiaster, zien we. Maar ik kan me ook goed voorstellen dat je vanaf een wat grotere afstand toch de vermoeidheid in je kuiten voelt. Veertig dagen lang zo'n project, is dat nou nodig en ook: hoe houden we dat ooit vol?

Je zou kunnen zeggen: dit project staat model voor ons hele gemeenteleven. Als je dacht met elkaar al een heel eind gevorderd te zijn, kom je er de laatste maanden achter dat er nog heel wat méér van ons verwacht wordt. Hoe helderder wordt wat de Heer eigenlijk van ons wil, hoe meer je jezelf af gaat vragen: maar kunnen wij dit dan allemaal opbrengen? Waar halen we de moed vandaan? Het lijkt wel alsof we nog helemaal aan het begin van onze geloofsreis staan! En dat terwijl je misschien dacht al een heel eind onderweg te zijn, net zoals Frodo. En als je dan weet wat voor mensen we zijn. Ons geloof is fragiel, ons leven bij tijden een warboel, we schieten aan alle kanten tekort. En we zijn ons dat zeer bewust! We voelen ons tegenover God meer drenkelingen dan bewuste burgers van het Koninkrijk van God. En zit je hier voor je gevoel ook niet vaak zo op de stoelen? Bang en bibberend, op zoek naar verlossing. Mijn genade is u genoeg…, krijgt Paulus te horen en wij herkennen ons maar al te goed in.
1. Het doel is nog niet bereikt!
Meerderen onder ons voelen zich vaak niet meer dan drenkelingen (nog maar net geredde mensen) voelen. Maar dat beeld van onszelf klopt niet met het beeld dat we in de Bijbel krijgen. Dat moeten we ons goed realiseren. Zeker hier op de Veluwe, omdat hier veel christenen wonen die drenkeling het hoogst haalbare vinden. Realiseer je dat Paulus niet zo zuinig is.
De kerk van Filippi was de eerste op het Europese vasteland (Kom over en help ons). Maar Paulus ziet ze beslist niet als armzalige drenkelingenclub. Ik dank mijn God altijd wanneer ik aan u denk, (Phi 1:3 NBV), laat hij hen weten. Waarom? Omdat u vanaf de eerste dag tot nu toe hebt bijgedragen aan de verspreiding van het evangelie. (Phi 1:5 NBV) Niks armzalige drenkelingen! Die kerk van Fillippi was vanaf de eerste dag af aan met Paulus mee gaan werken. Missionair tot op het bot vanaf dag 1!
Ze hadden alle reden om blij te zijn, Want ls Paulus zoiets over je zegt! Nou! Ze ontplooien een indrukwekkende activiteit, maar nu moet je niet denken dat ze er al zijn: het werk is nog niet af: Ik ben ervan overtuigd dat hij die dit goede werk bij u begonnen is, het ook zal voltooien op de dag van Christus Jezus. (Phi 1:6 NBV) Het is nog maar net begonnen en nog lang niet af.

In het gedeelte dat wij gelezen hebben, even verderop in de brief, sluit Paulus bij deze gedachte aan:
Blijf u inspannen voor uw redding (Phi 2:12 NBV). Een beetje onthutsende boodschap: je bent nog niet gered. Daar moet nog heel wat inspanning voor verzet worden. Inspanning? Nou letterlijk staat er zelfs dat je bang en bibberend aan je redding moet werken. Nou dat doet je wel denken aan dat beeld van die drenkeling. Je raakt ervan in de war, we zijn toch verlost en dan hier toch weer niet? Hoe zit dat dan? Zijn we nou verlost?

Ja en nee. Om een misverstand te voorkomen. Je hoeft je verlossing niet zelf te verdienen, die indruk zou je hier kunnen krijgen. Dat heeft Christus voor je gedaan. Paulus roept je hier niet bij je gereformeerde wortels vandaan. Je redding is genade van God door Jezus Christus, zoals de reformatoren dat ook begrepen. Maar hij verlost ons hier wel van een soms verkeerd begrepen gereformeerde bescheidenheid. We hoeven ons niet in te spannen om onze redding te verdienen, onze verlossing komt van God. Maar deze redding doet nu wel een beroep op als onze kracht: de Heer wil dat wij de Vader liefhebben met heel ons hart, ziel, verstand en al onze kracht.
Of zoals ds. Henk van der Velde vorige week zei: God houdt van je zoals je bent, maar Hij houdt teveel van je om je zo te laten” Het is de bedoeling dat wij andere mensen worden.
Broers en zussen, het doel van onze verlossing is nog lang niet bereikt. Gods verlossing is nog lang niet af. Onze redding houd veel meer in dan verlossing van zonde, de Heer wil met ons op reis in een heel nieuw leven. En Hij vraagt dat wij ons onderweg tot het uiterste inspannen om ons aandeel in dat nieuwe leven te leveren.
Onze verlossing is geen punt in de tijd maar een proces. Anders gezegd: het is geen streep waar je in geloof in Jezus Christus overheen stapt, een soort finishlijn, maar een weg die je inslaat in vertrouwen achter je Heer Jezus Christus aan. Het doel is nog lang niet bereikt…. 

2. Wat is het doel? 
Maar wanneer is het doel van onze redding dan wel bereikt?
Je krijgt de indruk dat je geloofsleven zo gaat lijken op een computergame. Steeds als je denkt je doel bereikt te hebben, sta je weer helemaal aan het begin van een the next level –een nieuw spelniveau- En daarna komt weer een next level en daarna weer één. Steeds hoger. Maar waar houdt dit nou eens op?
Wanneer is je verlossing dan wel af?
Nou daar schrijft Paulus over: jullie moeten schitteren als sterren.
Dat begrijpen we wel! Het indrukwekkende gezicht van een sterrenlucht in een heldere nacht. En net als Paulus gebruiken we ‘ster’ ook als een beeld voor opvallend mensen. In onze tijd hebben we ze ook: de sterren van de showbusiness! Alleen het zegt iets over ons wereldbeeld, wat wij tegenwoordig als ‘sterren’ beschouwen. Het zijn bijna altijd mooie mensen, niet zelden heel rijk en ergens heel bekend om. Altijd in beeld, altijd in het nieuws, altijd in de belangstelling. We weten alles van ze! En waar gaat het dan over: ontrouw, onenigheid, misbruik, buitenissige uitspattingen. Als je de bladen en de sites mag geloven, springen onze sterren er vooral daarin uit. In hun extravagante levensstijl. Zien we ze als de verpersoonlijking van onze verboden verlangens? Zien we zo als onze voorbeelden. Zij doen wat wij ons niet veroorloven kunnen maar eigenlijk wel zouden willen.

Paulus roept ons, gelovigen, ook op om sterren te zijn. Op te vallen zoals de sterren die wij kennen. Er uit te springen zoals zij dat doen, maar niet op de manier waarop zij het doen. Het gaat niet om onze schoonheid, en om ons gevoel voor grensoverschrijdend gedrag. Om zo het gesprek van de dag te blijven. Het gaat er voor ons juist om dat we opvallen doordat we zuiver en smetteloos zijn. Van buiten en van binnen. D.w.z. op ons gedrag is niets aan te merken en van binnen straalt puurheid naar buiten. Onbesproken en puur, voor de meeste roddelbladen is dat dodelijk saai. Maar in het Koninkrijk van God is het juist de bedoeling. Een kostbaar doel, waarvoor Jezus zijn leven heeft gegeven. Dat was ooit de bedoeling, daaraan heeft deze wereld behoefte en naar dat doel streven we: de vrede van het Koninkrijk van God
Dat botst frontaal met de bedoelingen van veel mensen in deze wereld.
Hier staan twee wereldbeelden scherp tegenover elkaar! Realiseer je dat!

Wij, worden geacht, op te vallen in dit ‘anders zijn’ dan ‘zij’. Als gelovige die de Heer volgt, loop je uit de maat t.o.v. omgeving. Opvallend anders.
Niet om anders te zijn, maar om te zijn zoals je God je bedoelde: goed!
Een gelovige ster zijn, da’s moeilijk. Je weet dat velen het niet zullen begrijpen.
En precies dat vraagt je Heer van je. Hij wijst ons aan om op deze manier zijn Koninkrijk te presenteren. Hij laat dat aan ons over: dat is een grote eer en tegelijk enorm schrikken.

Het is alsof ons gevraagd wordt om constant op één been te staan. Dat is vermoeiend. Doorgaans zijn wij niet zo lenig dat we op één been in evenwicht zijn. Pas op twee benen vinden wij rust. Zo proberen wij dat ook in ons geloofsleven: we proberen vaak geestelijk in evenwicht te komen, zeg maar met het ene geestelijk been in de wereld en het andere geestelijke been in Gods Koninkrijk. Zo blijft het voor ons wat in evenwicht. Maar de Heer Jezus vraagt ons juist het verschil te maken. Geen compromis maar voluit te gaan voor het Koninkrijk. Geen evenwichtsconstructies, maar schitterend opvallend in het goede. Dat is de bedoeling van onze verlossing en dat kost veel kracht.

Dat lukt ons vaak niet! Hoe zichtbaar is ons geloof nog als wij aan het werk zijn? Vaak zijn het twee werelden, waarin we ons soms heel verschillend gedragen. Reden voor de werkgroep ‘Christen-zijn op je werk’ , om vandaag 7 november tot landelijke themazondag uit te roepen. Doel van dit initiatief is er over na te denken over hoe je wel heel bewust christen op je werk kunt zijn. Er zijn deze maand op verschillende plaatsen in ons land ontmoetingsavonden en er is ook een website met daarop op veel informatie
Christen zijn op je wer
Het is een voorbeeld van het thema waar wij ons op bezinnen: hoe kun je –op je werk en daarbuiten- er uit springen als gelovig christen. Stralen als een ster!
Maar wáár halen wij de moed vandaan voor zo’n opvallende levensstijl? 

3. Bron voor moed en kracht onderweg
Paulus schrijft daar nog meer over. We moeten ons inspannen voor onze redding. Maar hoe dan? Paulus vult dit in: ‘Wees gehoorzaam…’ (12). Uit het woord dat hij gebruikt en het voorgaande begrijp je dat het gaat om gehoorzaam te zijn aan wat God wil. Mooier aan de wil van onze Vader (zoals wij bidden).
Maar hoe blijven wij dan gemotiveerd om dat te doen? Want als wij er proberen uit te springen in ons christen-zijn, voelen we ons vaak de muis tegenover de olifant. Zo klein en zo in de minderheid. Antwoord: door ons diepe ontzag voor Vader, voor wat Hij voor ons doet door zijn Zoon: ons redden! Ons op de weg naar het nieuwe leven te zetten. Bang en bibberend aan onze verlossing werken, zei ik zo straks. Dat is niet uit angst voor onze Vader, maar ontzag voor Hem. Je bent diep onder de indruk van zijn goedheid en genade voor ons. Ik denk dat wij ons nog veel meer op Hem moeten concentreren, denken jullie niet.
Ja dat onze Vader en zijn Zoon ons verlossen van ons kwade verleden ons op het spoor zetten van een nieuw leven, willen we wel geloven. Maar de vraag blijft waar halen we de moed en de kracht vandaan om deze nieuwe levensweg nu ook te bewandelen? Er uit te springen als geloofssterren. Niet in evenwicht te zijn met de anderen.
Dan schrijft Paulus deze bemoedigende woorden. Jullie hoeven dat nieuwe leven niet uit eigen kracht te leiden, Vader wil óók dát aan je geven. Want het is God die zowel het willen als het handelen bij u teweegbrengt, omdat het hem behaagt (Phi 2:13 NBV). Wat een bemoediging: onze Vader geeft ons zowel de motivatie (het willen) als het vermogen om het te doen (het werken) Want Hij wil dat wij geloofssterren zijn en Hij zal daar ook voor zorgen. Maar Hij wordt zijn schepping niet ontrouw. Hij schakelt onze verantwoordelijkheid niet uit, zodat het vanzelf wel gebeurt, Hij schakelt die juist in.

Maar hoe werkt dit dan, hoe ontvang je dan wat God wil geven? Broers en zussen, door het te doen! Door Hem te geloven, te vertrouwen en dat te doen wat bij je geloof past. Als je geloof toont door zelf onderweg te gaan, zorgt Hij voor de rest!
God vraagt het je niet alleen, Hij wil je het ook geven! Wil het echt van Hem ontvangen? Hij geeft je pas als je het nodig hebt. Sommigen hebben hier ervaren de Heer je wil geven als je echt met Hem onderweg gaat.

Denk aan Petrus hij moest het vertrouwen hebben uit de boot te stappen en ontdekte toen hij dat dééd, dat zijn Heer te vertrouwen is. Broers en zussen dus moeten wij meer naar onze God en Vader kijken dan naar omstandigheden. Meer op de Heer letten dan op de golven. Dan ontdek je pas hoeveel je geloof (je vertrouwen) waard is. Hij geeft je steeds meer motivatie, steeds meer vermogen. Gods genade is niet dat Hij je gedoogt, Gods genade is dat Hij je levend maakt zoals je nog nooit levend geweest bent: stralend. Besef wel: Gods genade is een feest! Een feest dan een feest wordt als je het gaat vieren!
Laten we de komende maanden samen opnieuw ontdekken hoe rijk we zijn…

Want daar is toch alle reden voor?
Amen 

vrijdag 5 november 2010

Missionair 5: Waar halen we de Missionaire Moed vandaan? Fil. 2, 12-18

Komende zondag wordt het project 'Feest van Genade' gepresenteerd. 40 dagen lang samen terug naar het fundament van ons geloven. Andere mensen die het mee hebben gemaakt zijn er heel enthousiast over. Mensen die er nu nauw bij betrokken zijn, worden steeds enthousiaster. Maar van een wat grotere afstand voel je toch de vermoeidheid in je kuiten omhoog komen. Veertig dagen lang zo'n project, hoe houden we dat vol?
Je zou kunnen zeggen dat dit project model staat voor ons hele missionaire activiteit. Hoe helderder wordt wat de Heer van ons verwacht, hoe meer je jezelf af gaat vragen: maar kunnen wij dit dan allemaal?
Missionair gemeente-zijn is een grote verantwoordelijkheid. Wij vertegenwoordigen het Koninkrijk van God in onze wereld. Hoe brengen we dit op? We hebben toch zelf ook allereerst redding nodig?
Deze zondag staat de vraag naar onze missionaire moed centraal.


Mededelingen - Presentatie feest van genade (15 minuten)

1. Luisteren/zingen: Opw 705 Toon mijn liefde (door een gelegenheidscombo)
2. Stil gebed, Votum, Zegengroet
3. Zingen: Ps. 117 (Gods gunst en goedertierenheid is groot en wijd over ons)
4. Gebed
Kinderen naar de bijbelklas
5. Aansporing en bemoediging: Dubbelgebod + Joh 16,26
5. Zingen: Gez. 78,1 en 2
8. Lezen Fil 2,12-18
10. Preek
Bezinningsmoment overgaand in:
11. Zingen: B 121, 1-4 Heer U bent mijn leven
12. Gebed
13. Collecte
Kinderen weer terug in de dienst/Kindermoment!
14. Zingen: Gez. 477 Geest van hierboven
15. Zegen

zondag 17 oktober 2010

Missionair 4 Wat is ons Missionair Peil? Mat. 25,31-46

Bewogenheid

Kijk! Dit is de stapel kaarten die wij rondom het overlijden van mijn vader gekregen hebben. Veel van die kaarten zijn van jullie afkomstig. ’n Dierbaar stapeltje voor ons, dat ik nu eens even kan meenemen om het te laten zien. De handdrukken, de mailtjes en de bezoeken zitten er nu even niet bij, maar je kunt het zo gemakkelijker te laten zien.
Zo ziet een bundel bewogenheid eruit. ||Papiergeworden bewogenheid |
Op zo’n moment dat je afscheid moet nemen is dat heel belangrijk voor je.
‘Je bent niet alleen, wij denken aan je! En wij bidden voor je’
Je ziet het veel meer in onze gemeente: hele muren vol bewogenheid.

Muren vol met een liefdevolle boodschap, die ook dankbaar ontvangen wordt:
dat weet ik, dat hoor ik mensen dan zeggen. Ze zijn er blij mee.
Dat bewogen meeleven met elkaar, hebben we niet van onszelf. Het is ons wel eigen geworden, maar het is door de Vader, de Zoon en de Geest in ons wakker gemaakt. Dat komt met onze verlossing mee: die hemelse liefde kust die van ons weer wakker. Nu het eenmaal wakker is, trekt God het als het ware uit ons naar buiten. Hij doet een appèl op ons: Heb Mij nou dan ook lief, heb je naaste vanaf nu dan ook lief. Dit stapeltje is dus eigenlijk ‘doorgeefliefde’: wij geven de liefde die we van God kregen weer aan elkaar door. En weet je, het is soms nog wennen om het te geven, maar het ontvangen doet ontzettend goed! Dat is zeker! Zo hóórt het, dat voelen we. ‘Doorgeefliefde’, houdt dat even vast. Ik wil het daar verderop nog eens over hebben. Het is nl. weer een stap verder op ons missionaire pad. 

De route en het vervolg 

Waar waren ook al weer gebleven op dat missionaire pad? We zijn begonnen (op startzondag) met het voorbeeld van een missionaire kerk. Die eerste gemeente in Jeruzalem was een wel zeer aantrekkelijke gemeente. Binnen enkele dagen worden duizenden lid. Dat heeft te maken met de manier waarop die gemeenteleden met elkaar omgaan. Ze hebben veel voor elkaar over en dat maakt indruk!
Hoezo missionaire kerk?, hoor ik iemand vragen. Stáát dat dan ergens in die tekst? Nee het woord is van ons, maar de gedachte niet! Die kwam al eerder bij de Heer Jezus vandaan.

Net als Israël vroeger, is het nieuwe volk van de Heer bedoeld om een licht voor de wereld te zijn: een inspirerend voorbeeld van het Koninkrijk van God.
En we geven met elkaar sowieso een beeld af. Net zoals de steden op de bergen in Israël niemand kunnen ontgaan. M.a.w. je bent missionair of je het wilt of niet. Mensen krijgen toch wel een indruk van ons. Daarom sta op en schitter! Kies er voor om licht (door) te geven.
Uit de eerste brief van Petrus –dat was de derde preek- wordt duidelijk dat dit zelfs de hele reden van onze verlossing is. Dat ons geschitter niet naar ons zelf maar naar God verwijst. En dat dit precies de bedoeling is.

….eigendom van God ‘om’ de grote daden te verkondigen van Hem die jullie uit het duister in het licht geroepen heeft. Onze verlossing draait om God! Niet om onszelf zoals wij ook wel eens denken.
We krijgen een dubbele opdracht: 1.met elkaar een hechte gemeenschap te zijn waarbinnen God kan wonen als in de tempel vroeger En 2. om in die tempel net zoals als de priesters vroeger dankbaar offers te brengen die bestaan uit een nieuw leven voor God.
Broers en zussen wij worden geacht met elkaar onze nieuwe levens aan God te offeren.
Dat leverde me de vraag op: ‘Wat moet ik hier concreet mee?”
En dat brengt ons op het tekst voor deze zondag Mat. 25,31v en op de themavraag: ‘Wat is ons Missionaire Peil?’

Laatste oordeel
Je zou dit kunnen beschouwen als de aankondiging het meest indringende functioneringsgesprek uit de geschiedenis van de mensheid! Maar nou niet eens betreffende ons werk –dat bij ons wel veel aandacht krijgt-, maar over het leven. Wat voor mensen zijn jullie geweest, is de vraag. En dat gaat nogal wat dieper.
Daaruit moet toch duidelijk worden wat schitteren voor God is, wat dat nieuwe leven, nu concreet betekent. (Concrete is Engels voor beton… ons idee moet beton, harde werkelijkheid worden)

Wij kennen dit gedeelte als ‘het laatste oordeel.’ In de geschiedenis van de kerk is daar veel over nagedacht, kijk maar eens wat je daarvan kunt zien in de oude kerkgebouwen
We zien – je ziet het toch voor je- onze Heer Jezus terugkomen: een overweldigend schouwspel groots, stralend, diep indrukwekkend. Dat zit hem niet in de in ganzenpas voorbijstampende militairen, maar in de aanwezigheid van de Koning Persoonlijk. Je merkt aan alles dat dit de Heer Jezus is (Hij is de Mensenzoon en spreekt over de ‘door mijn Vader gezegenden’)
Op dat moment zien we alle volken uit de hele wereld voor zijn troon samen gebracht worden. En wat tot op dat moment in één wereldsamenleving met elkaar werkte, reisde en communiceerde enconsumeerde, wordt op die dag definitief in twee groepen gesplitst: voor de gelegenheid schapen en bokken genoemd.
Op zich een heel gewoon beeld in Israël: schapen en bokken liepen vaak samen in de weide maar voor de nacht werden ze weer uit elkaar gehaald. Zodat de meer kwetsbare bokken warmer onderdak gebracht konden worden. Een noodzakelijke scheiding. Net zoals deze een noodzakelijke scheiding is. Maar deze is indrukwekkender: want na deze komt er geen volgende dag. Deze is definitief. Mensen gaan definitief uit elkaar.

Voor de eerste luisteraars is dit is een schokkende boodschap hoor. Want er ontstaan hier niet de groepen die men in de tijd had verwacht: Israël tegenover de heidenvolken. Israël blijkt niet meer als geheel vanzelfsprekend voor het Koninkrijk van de Vader bestemd (34). Niet meer als volk vanzelfsprekend tot de door mijn Vader gezegenden te behoren. En dat is in die tijd –vlak voor de kruisiging- nogal een schokkende boodschap.
Maar broers en zussen, voor ons is het ook een confronterende boodschap: het zijn ook geen voor ons bekende groepen: kerkelijken en onkerkelijken bijv.
Het is dus niet de groep waarbij je hoort die beslissend is of je bij de ‘door de Vader gezegenden’ (34) of bij de ‘vervloekten’ hoort (41) die de Heer Jezus nooit meer wil zien. Het is dus denkbaar dat de scheiding –als binnenkort deze dag aan zou breken- hier ook dwars door onze gemeente zou lopen, want alleen je kerklidmaatschap is niet beslissend! Maar wat dan wel? 

Beoordelingscriteria 
Het gaat over het
* (x6) Voeden van hen die honger hebben (35)
* Lessen van de dorst van hen die dorst hebben
* Opnemen van allochtonen
* Kleden van hen die dreigen te verkleumen (36)
* Omzien naar zieken
* Bezoeken van gevangenen

Dat is verwarrend! Wordt je er nu alleen maar op beoordeeld of je hebt meegewerkt aan een betere wereld? Maar waarom moest de Heer Jezus dan sterven? Heeft dit niets met Hem te maken? Maar als je nauwkeurig leest dan ontdek je dat de Heer Jezus het hier steeds over zichzelf heeft. Hij is de behoeftige die hulp nodig had (ik had 35/36). En als de wereldsamenleving daar verbaasd op reageert: maar we hebben u nooit in deze omstandigheden ontmoet?, dan legt Hij uit dat zijn broers en zussen wèl in die omstandigheden waren (40).
Wie zijn dat dan die broers en zussen? ‘Ieder de wil van God doet’, zegt Jezus in Mar. 3,35. En als je weet dat Hij hier tegen zijn leerlingen spreekt, dan besef je dat het hier gaat over zijn volgelingen. De apostelen voorop en al de anderen in hun voetspoor. Al die mensen die er in de loop van de eeuwen met de persoonlijke boodschap van hun Heer op uit zijn gegaan naar de wereldsamenleving als geheel. Ze komen met hun boodschap kennelijk in de meest moeilijke omstandigheden terecht. Maar dat hebben ze er voor over: honger, dorst, allochtoon worden in een ander land, kou, gevangenschap, ja ze offeren zelfs hun gezondheid er voor op het evangelie te kunnen boodschappen. Broers en zussen zo is het ook bij ons gekomen: met roeibootjes over de Noordzee uit Engeland en daarvoor uit Ierland: de boodschappers waren in gevaar, koud, en verkleumd stel ik me zo voor, vóór ze onze kust bereikten Zij hadden er alles voor over: Willibrordt en Bonifatius

Koning Jezus beoordeelt je op de vraag: hoe heb je mij ontvangen toen ik je kwam opzoeken? Want in die boodschapper kwam ik je zelf opzoeken! Heb je het evangelie, heb je hen, heb je Mij, met blijdschap aangenomen. Dat laat je zien aan de manier waarop je met mijn boodschappers, liefdevoller, mijn broers en zussen, bent omgegaan. 

Nederlands Missionair Peil
Broers en zussen, ik moet stoppen, de preek wordt te lang. Maar er is zoveel over te zeggen. Wat is nu de boodschap voor ons? Is die boodschap: bereid een welkom voor jullie eigen predikers? Nou je hoeft ons niet in persoonlijke zin in de watten te leggen, maar je wordt er wel op beoordeeld hoe je met hen meewerkte. Want hun Heer heeft zich aan hen verbonden.
En als je Hem op deze manier ontvangt, wordt je zelf een volgeling van je Heer die doet wat de wil van God is. En ben je zelf één van de broers en zussen geworden. Met een boodschap: en dat blijkt het doorgeven van Gods liefde te zijn met volle inzet: je offert er, als het moet, je levenskwaliteit voor op: honger, dorst, je vertrouwde thuis en je riskeert als het moet je vrijheid ervoor en je gezondheid.
Dat zijn andere prioriteiten dan die wij vaak hebben. We zouden het van jongs af aan moeten leren aan kinderen als Sarah, Yerah en Mathijs. Dit is het belangrijkste. Voordat allerlei andere belangen de plaats in nemen!
Alles voor de boodschap. Maar weet je, - en dat is de troost- wat je nu opgeeft wordt je vergolden bij het laatste oordeel: ‘Kom gezegenden van mijn Vader, neem deel aan het Koninkrijk dat altijd al voor jullie bestemd was.’ 

En al doende ontdek je dat dit kostbare evangelie doorgeven in feite Gods liefde doorgeven is. Dat je dit doet met je nieuwe leven voor God! Een leven waarin je oog hebt voor hen die tekort komen, voor allochtonen die geen thuis hebben, voor hen die ziek zijn of vastzitten vanwege hun zonde.
Deze kaarten zijn een bundel doorgeefliefde zei ik zonet.
Laten we dit niet alleen aan elkaar doorgeven, maar ook naar anderen exporteren. Van ‘doorgeefliefde ‘exportliefde’ maken.

Als je een missionaire gemeente ergens aan wil meten, zijn we het of niet.
dan merk je dat aan de concrete liefde die wij als gemeente uitstralen…
Wat betekenen wij voor onze omgeving. Voor de Gelderse vallei?
Dichterbij voor onze eigen woonplaatsen?
Merken ze door ons al iets van het Koninkrijk? Zijn wij een ansicht (kaart) van het Koninkrijk? Wat exporteren wij concreet als gemeente naar de mensen om ons heen? 
Daaraan kun je ons missionair gemeente zijn meten.
Net zoals er een Nieuw Amsterdams Peil is aan de hand waarvan je de waterhoogte kunt bepalen. Zo zou er ook een Nationaal Missionair Peil moeten zijn waaraan je kunt meten, hoe het er missionair voorstaat. Minimaal moeten men iets onze de liefde kunnen merken nadat wij onze Heer Jezus in ons midden opgenomen hebben.
En daarin kunnen ervaren dat wij nu ook zijn volgelingen zijn.
Broers en zussen hoe zou ons niveau wij het volgens dat NMP? 

Amen.